H8 oefenen eindexamenstof

H8 oefenen eindexamenstof
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

H8 oefenen eindexamenstof

Slide 1 - Tekstslide

Het nominale nationaal inkomen per inwoner is in de
periode 2009-2015 gestegen met 48%. Het reële nationaal inkomen
per inwoner is echter in dezelfde periode gestegen met
minder dan 48%. Leg uit waardoor het reële nationaal inkomen
per inwoner in deze periode met minder dan 48% is gestegen.
Gebruik hierbij informatiebron 5.

Slide 2 - Open vraag

De regering van Indonesië wil dat het
armste deel van de bevolking profiteert
van de economische groei.
Heeft het armste deel van de bevolking in 2015
geprofiteerd van de economische groei?
Licht je antwoord toe.

Slide 3 - Open vraag

Door stijging van het nationaal inkomen hoopt Indonesië
dat het nationaal inkomen op langere termijn nog verder
kan stijgen.Hiernaast staan vijf economische verschijnselen:
Zet deze economische verschijnselen in een
logische volgorde. Begin met 1 en eindig met 5.

Slide 4 - Open vraag

Indonesië in ontwikkeling 
Indonesië is een ontwikkelingsland in Azië waarvan de economie snel groeit.
Het nominale nationaal inkomen per inwoner is in de periode 2009-2015 gestegen met 48%. 

Slide 5 - Tekstslide

De Indonesische overheid wil de komende jaren
blijven investeren in de infrastructuur. Tegelijkertijd
wil zij de Indonesische staatsschuld niet laten stijgen,
want dat kan leiden tot lagere economische groei.
Hiernaast staan vijf verschijnselen:
Zet deze economische verschijnselen in een
logische volgorde. Begin met 1 en eindig met 5.

Slide 6 - Open vraag

De Nederlandse overheid stopt in 2020 met ontwikkelingshulp aan
Indonesië. De Nederlandse overheid en de Europese Unie (EU) kunnen
Indonesië ook met een beleid van invoerrechten op Indonesische
producten economisch ondersteunen.
Leg uit dat een beleid van invoerrechten vanuit de EU de economische
positie van Indonesië in de wereld kan verbeteren.

Slide 7 - Open vraag

Brazilië
Brazilië is de grootste producent van koffiebonen ter wereld. Dertig procent van alle koffiebonen op
de wereldmarkt komt uit dit land. De wereldmarktprijs van koffiebonen kan sterk dalen of stijgen door natuurlijke omstandigheden of door
speculatie in grondstoffen. 

Slide 8 - Tekstslide

Brazilië is sterk afhankelijk van de export van koffiebonen en is gebaat bij
een stabiele prijs op een redelijk niveau. Stabiele prijzen ontstaan als er
buffervoorraden worden aangelegd.
Wat zal Brazilië doen met de buffervoorraden als het de prijs van
koffiebonen wil laten stijgen?
A
De buffervoorraad wordt vergroot; de vraag naar koffie neemt af.
B
De buffervoorraad wordt vergroot; het aanbod van koffie neemt af.
C
De buffervoorraad wordt verkleind; het aanbod van koffie neemt af.
D
De buffervoorraad wordt verkleind; de vraag naar koffie neemt af.

Slide 9 - Quizvraag

Brazilië is geen lid van de Europese Unie (EU).
Welk nadeel ontstaat voor een Nederlandse importeur als hij handelt
met een land buiten de EU?

Slide 10 - Open vraag

De wereldmarktprijs voor koffiebonen is heel laag, maar de prijzen voor
de consument dalen niet of nauwelijks. Nestlé, een grote importeur van
koffiebonen, is niet van plan om de consumentenprijzen te koppelen aan
de korte-termijnschommelingen op de koffiebonenmarkt.
Geef een argument voor het standpunt van Nestlé.

Slide 11 - Open vraag

Er wordt meer koffie geproduceerd dan er gedronken wordt. Arme boeren
in Brazilië verbranden uit protest balen koffiebonen en eisen subsidies
van de overheid. Door de lage prijs op de wereldmarkt moeten de
koffieboeren de koffiebonen verkopen onder de kostprijs. De overheid
weigert de koffieboeren te subsidiëren door te wijzen op de schatkist.
Noem twee economische redenen waarom de Braziliaanse overheid geen
subsidies wil verstrekken aan de koffieboeren.

Slide 12 - Open vraag