Pedagogisch klimaat les 2

TWIXX begeleiden in de groep 
Les 2
Marieke Korbeld
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Lschulenburg@landstede.nlMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

TWIXX begeleiden in de groep 
Les 2
Marieke Korbeld

Slide 1 - Tekstslide

Wat draagt bij aan een veilige sfeer in de groep?
A
Een kind of jongere moet zich welkom voelen
B
Een negatieve sfeer en samen conflicten oplossen
C
Empathie en onverdraagzaamheid
D
Alle voorgaande antwoorden

Slide 2 - Quizvraag

Wat kun jij doen om een positieve sfeer te krijgen in de groep?

Slide 3 - Woordweb

Positieve sfeer creëren in de groep
 Voorspelbaarheid
- Structuur & duidelijkheid
-Tijdig ingrijpen bij een onveilige sfeer
-Ontspannen en positieve sfeer creëren
- luisteren 

Slide 4 - Tekstslide

Veilig pedagogisch klimaat:
-Een goed contact tussen de pedagogisch werker en het kind geeft een gevoel van veiligheid. 
-Vanuit dit veilige basisgevoel kan een kind de wereld om zich heen verkennen en durft het relaties aan te gaan met andere kinderen en volwassenen. 
Het is daarom nodig dat het pedagogisch klimaat vertrouwd en warm is en dat jij laat zien dat je elk kind echt kent en waardeert.

Slide 5 - Tekstslide

welke vaardigheden zet jij in om een veilig pedagogisch klimaat te creëren?
A
Luisteren
B
vertrouwen bieden
C
kijken
D
alle antwoorden zijn juist

Slide 6 - Quizvraag

Vaardigheden die jij inzet om een veilig pedagogisch klimaat te creëren
-Goed kijken, observeren 
-Luisteren.
- Vertrouwen bieden. 
- Optreden als het echt nodig is, 
-Zorgen voor uitnodigende omstandigheden, 
- Het goede voorbeeld zijn, 
- Uitdagen en ondersteunen 
Dit zijn de pedagogische voorwaarden voor het ontstaan van goede relaties en een goede sfeer in de groep.

Slide 7 - Tekstslide

het vier-ogenprincipe
 betekent dat het mogelijk moet zijn je werk te doen, terwijl er een volwassene in de buurt meekijkt of meeluistert. Zo voorkom je (seksueel) misbruik of mishandeling van kinderen in de dagopvang. In de praktijk kun je dan denken aan:

-open en transparante ruimtes, waarbij zicht is op elkaars werkzaamheden;
-werken met twee medewerkers op een groep;
-babyfoon in de slaapkamer;
-glazen wanden en gebruik van spiegels in hoeken;
-training op protocol en aanspreekcultuur;
-doorkijkgaten in deuren of muren.





Slide 8 - Tekstslide

Voor een optimale ontwikkeling van een kind in de groep zijn drie basisbehoeften van belang.

Slide 9 - Tekstslide

opdracht
zoek op: op mijn thieme/ internet en noteer
1: Wat is de betekenis van de begrippen; competentie, relatie en autonomie?
2: Waarom zijn deze begrippen van belang in jullie werk in de K.O/ het onderwijs/ G.P.M?
3: over 10 minuten bespreken we de uitkomst gezamelijk

Slide 10 - Tekstslide

basisbehoeftes van het kind
-Behoefte aan relatie: ik voel me thuis
- Behoefte aan autonomie: ik wil het zelf
- Behoefte aan competentie ik kan het zelf

- Intrinsieke motivatie: motivatie van binnenuit> geeft zelfvertrouwen en een beter contact met anderen! 

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag!
1: op het bord wordt geschreven; KO, Onderwijs, GPM. schrijf je naam onder de plek waar jij op dit moment stageloopt. 
2: de opdracht wordt uitgedeeld 

Slide 12 - Tekstslide

Huiswerk
- Lezen: Boek/ licentie Pedagogisch klimaat hoofdstuk3 begeleiden in de groep Thema: oriëntatie én begeleiden in de groep & Thema een veilige basis
-Maken: opdrachten thema oriëntatie en begeleiden en 
 thema Begeleiden in de groep opdrachtverwerkingsniveau 3 en 4 vragen 1,a,b,c, 2A, 3A en 3B


Slide 13 - Tekstslide