Les 4 - Criminaliteit en straf

• Burgerschap
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 4

Thema 5 - Veiligheid - les 4 - Criminaliteit en straf

Terugblik

In de vorige les hebben wij:

• Geleerd waardoor mensen zich agressief kunnen gedragen;
• Geleerd welke rol groepsgedrag kan spelen bij agressie en geweld;

Lesprogramma

• leer- en lesdoelen


• Opdracht 'Halt'
• Opdracht 'Straffen'
• Opdracht 'Strafblad'
• Opdracht 'Aangifte'
• Bespreken les- en leerdoelen 

lesdoelen

Aan het einde van les heb ik:

• samengewerkt met een klasgenoot en mijn mening gedeeld;
• deelgenomen aan een klassengesprek over verschillende soorten straffen;
• nagedacht over gevolgen na een misdaad.

•  Heb ik geleerd wat crimineel gedrag is;
• Heb ik geleerd welke soorten straf er worden opgelegd in Nederland;
• Heb ik geleerd wat de gevolgen van een strafblad kunnen zijn;
• Heb ik geleerd waarom het nuttig kan zijn om aangifte te doen.

Straffen voor een misdrijf

Theorie 1: Halt-straf

De Halt-straf is een interventie voor jongeren van 12 tot 18 jaar. Zij komen na het plegen van een strafbaar feit onder bepaalde voorwaarden in aanmerking voor een Halt-straf. Een Halt-straf is een interventie op maat en past bij het delict en bij de jongere. Het aantal uren dat de interventie duurt, is wettelijk vastgesteld.

Een Halt-straf bestaat uit de volgende onderdelen:

• Gesprekken tussen de jongere, zijn/haar ouders* en de Halt-medewerker.
• Eventuele schade vergoeden.
• Aanbieden van excuses. 
• Maken van leeropdrachten.
• Soms ook een werkopdracht.

* Daar waar 'ouders' staat, worden ook verzorgers bedoeld.

Maak opdracht 1 op blz. 181 samen met een klasgenoot.

Straffen

1. Van een gevangenisstraf wordt een crimineel niet beter, eerder slechter.
2. Een straf moet ervoor zorgen dat de dader leert van zijn fouten.
3. Als een dader in de gevangenis heeft gezeten, moet hij een nieuwe kans krijgen.
4. Criminele jongeren moeten net zo hoge straffen krijgen als criminele volwassenen.
5. Een taakstraf kost de samenleving minder geld dan een gevangenisstraf en is daarom een betere straf.
6. Geweld tegen hulpverleners, zoals ambulancepersoneel, moet zwaarder worden bestraft dan geweld tegen andere mensen.

Maak opdracht 2 op blz. 182 zelfstandig, daarna volgt een klassengesprek.

Strafblad

Amsterdam wil jongeren met strafblad nieuwe kans bieden.

De gemeente Amsterdam gaat jongeren met een strafblad hulp aanbieden bij het vinden van een baan. Veroordeelde jongeren blijven vaak werkloos omdat ze geen Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) kunnen laten zien of omdat ze simpelweg niet durven te solliciteren, uit angst voor een afwijzing. 

Amsterdam wil dat probleem aanpakken. De gemeente gaat werkgevers vragen jongeren met een strafblad toch een kans op werk te geven en wil in de eigen organisatie ook plaatsen vrijmaken voor die jongeren.

Maak opdracht 3 op blz. 184 zelfstandig.

Aangifte

- Hey ... heb gisteren wat naars meegemaakt.

• Oh, wat dan?
  

- Die ene jongen, Tiemen weetjewel. Hij heeft me gister geprobeerd te zoenen. Ik wilde dat niet. Toen gaf hij me een klap. Nu heb ik een dik en blauw oog.

• Jeetje wat erg! 😟😟😟
  
• Ben je naar de politie gegaan? Moet je wel doen hoor!
  

- Nee ... wat als hij daarachter komt? 😟

Maak opdracht 4 op blz. 185 in tweetallen.

•  Heb ik geleerd wat crimineel gedrag is;
• Heb ik geleerd welke soorten straf er worden opgelegd in Nederland;
• Heb ik geleerd wat de gevolgen van een strafblad kunnen zijn;
• Heb ik geleerd waarom het nuttig kan zijn om aangifte te doen.

lesdoelen

Aan het einde van les heb ik:

• samengewerkt met een klasgenoot en mijn mening gedeeld;
• deelgenomen aan een klassengesprek over verschillende soorten straffen;
• nagedacht over gevolgen na een misdaad.