Lymfestelsel
Noem minimaal 4 bestanddelen van lymfe
1 / 11
Onderdelen in deze les
Noem minimaal 4 bestanddelen van lymfe
Slide 1 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
bevat veel lymfocyten
Bevat veel erytrocyten
Heeft een pomp
Is een gesloten systeem
BLOED
LYMFE
stroomt langzaam
Slide 2 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is de functie van de lymfeknopen (lymfeklieren)?
A
Halen voedingsstoffen uit lymfe
B
Zuiveren de lymfe van onder andere ziekteverwekkers
C
Halen zuurstof uit lymfe
D
Maakt witte bloedcellen aan
Slide 3 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
De organen die tot het lymfatisch systeem behoren zijn: A lever, B milt, C thymus, D tonsillen (keelamandelen)
A
A is onjuist
B
B is onjuist
C
C is onjuist
D
D is onjuist
Slide 4 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is de grootste lymfebuis?
A
Borstbuis
B
Halsbuis
C
Maagbuis
D
Okselbuis
Slide 5 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe noem je lymfevaten die vet bevatten?
A
Chylvaten
B
Lymfeknopen
C
Chylus
D
Lymfeweefsel
Slide 6 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Lymfoïde organen - organen van het afweersysteem
Sleep de functies naar het juiste orgaan.
Rijping van T-lymfocyten
Aanmaak van witte bloedcellen
Screenen van lymfe op ziekteverwekkers
Screenen van bloed op ziekteverwekkers, rijping fagocyten
Slide 7 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is geen functie van de milt
A
Filteren van bloed
B
Opvangen oude rode bloedcellen
C
Bloedreservoir
D
Aanmaken van rode bloedcellen
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke lymfocyten rijpen in de thymus(zwezerik)?
A
B-lymfocyten
B
T-Lymfoctyen
C
B en T lymfocyten
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat heeft het lymfestelsel niet?
A
Een kleppensysteem
B
Een pompsysteem
C
weefseldruk
D
aanzuigende werking door de longen
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Bij een rode streep of zwelling van lymfeknopen in de buurt van een wond verwijs je door naar de huisarts
A
Niet waar
B
Waar
Slide 11 - Quizvraag
Waar. Bron: Oranje Kruis boekje, blz. 90.
