m2d blokuur 3.2 + herhaling

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Welkom!

• Open je flexboek deel A
• Open op bladzijde 100
• Lees de blauwe tekst
• In stilte
• 2 minuten
• Eerder klaar? Maak alvast opdracht 4

Dictators

Wie weet het nog?

Wat gebeurde er nadat de beurzen waren ingestort?

Welke gevolgen had dit voor mensen?

Waarom was dit extra erg voor Duitsland?

Adolf Hitler

• Hitler beloofde de mensen weer werk

• Nationaalsocialisme, nazi's

• Ze gebruikten veel geweld
• Niet democratisch

Nazi's

Joodse mensen kregen de schuld van de problemen

racistisch

Hitler won de verkiezingen

Na de verkiezingen

• Democratie afgeschaft
• Totalitaire dictatuur
• Mensen kregen weer werk door wapens te maken

Italië

• In Italië waren ook problemen
• Mussolini werd gekozen als leider

• Hij was een dictator
  

• Iedereen moest naar Mussolini luisteren

Aan de slag

• Lees de tekst op bladzijde 100 en 102
• Maak opdracht 6 t/m 8
• Fluistertoon
• Klaar? Leer alvast de begrippen (blz. 122)

Welkom!

• Open je flexboek deel A
• Bladzijde 104
• Maak opdracht 1
• In stilte
• 2 minuten
• Eerder klaar? Maak alvast opdracht 2 en 3

Aan de slag

• Ga verder op bladzijde 104
• Maak opdracht 2, 3 en 4
• 6 minuten
• Overleggen op fluistertoon
• Eerder klaar? Leer alvast de begrippen (blz. 122)

Wat is consumptie?

1. Een soort aandeel
2. Een economische crisis
3. Het kopen van spullen
4. Een lening

Het geheel van ideeën in een land

1. Nationalisme
2. Fascisme
3. Ideologie
4. Racisme

Waar staat het woord 'nazi' voor?

1. Nationalist
2. Nationaalsocialist
3. Nieuwe Anti-Zionistische Ideologie
4. Natuurziekenhuis

Iemand die in zijn eentje aan de macht is

1. Keizer
2. Koning
3. President
4. Dictator

Als de overheid alles bepaald wat er gebeurt in een land

1. Nationalisme
2. Ideologie
3. Totalitair
4. Racisme

Wat was géén gevolg van de Beurskrach?

1. het ontstaan van de Eerste Wereldoorlog
2. Mensen raakten werkloos
3. Duitsland kwam in een crisis
4. Hitler kwam aan de macht

Waarom was Hitler bij veel mensen populair in Duitsland?

1. Hij beloofde mensen werk
2. Hij was racistisch
3. Hij was democratisch
4. Hij beloofde voor altijd vrede

Hoe heet de ideologie van Mussolini?

1. Nationaalsocialisme
2. Militairisme
3. Democratie
4. Fascisme

Hoe heet het idee dat er mensenrassen zijn, waarvan de ene beter is dan de andere?

1. Fascisme
2. Racisme
3. Militarisme
4. Nationalisme

Wat is krediet?

1. Een lening
2. Een wapenstilstand
3. Het kopen van spullen
4. Bonnen die Duitsers moesten gebruiken om spullen te kopen

Oefentoets (online)

• Open je laptop
• Teams -> Leermiddelen -> Plein M -> Flexboek A (kgt2) -> Hoofdstuk 3 -> Oefentoets
• T/m opdracht 8 serieus invullen, daarna mag je gokken
• Kijk welke paragraaf je nog moet leren
• Klaar? Ga alvast leren
• In stilte

Leren

Maak een keuze om te leren:

• Begrippen leren (blz. 122)
• Blauwe teksten lezen
• Samenvatten
• Extra opdrachten maken

Je mag overleggen op fluistertoon