4.1 Het skelet

4.1 Bewegen hoe doen we dat?
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

4.1 Bewegen hoe doen we dat?

Slide 1 - Tekstslide

timer
4:00
Ga rustig zitten
- Jas uit het lokaal
- Telefoon in de kluis
- Spullen op tafel

Slide 2 - Tekstslide

Wat weten jullie al
over je eigen skelet?

Slide 3 - Woordweb

Leerdoelen
  • Je kent de delen van het lichaam.
  • Je kunt in een afbeelding van het skelet de botten benoemen.
  • Je kunt de functies van het skelet noemen.

Slide 4 - Tekstslide

Het skelet
  • Alle botten of beenderen van een mens of dier.
     
  • Baby 305 botten
  • Volwassene: 206 botten

  • Leer het skelet!

Slide 5 - Tekstslide

Ken je alle onderdelen van het skelet?
Je borstkas bestaat uit: ribben, borstbeen, borstwervels

Slide 6 - Tekstslide

Wat is het langste bot in je lichaam?
A
Opperarmbeen
B
Dijbeen
C
Kuitbeen
D
Scheenbeen

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Handwortelbeentjes

Slide 9 - Tekstslide

Middenhandsbeentjes

Slide 10 - Tekstslide

Sleep de nummers naar de juiste naam
Beenderen van het been
dijbeen
voetwortelbeen
scheenbeen
middenvoetsbeen
knieschijf
kuitbeen
1
2
3
4
5
6

Slide 11 - Sleepvraag

Wervelkolom
  • 7 halswervels
  • 12 borstwervels
  • 5 lendenwervels

  • Dubbele-S-vorm
  • Tussen de wervels: kraakbeenschijven
  • Kraakbeen => beweging


Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Zet in de goede volgorgde, van boven naar beneden (1 is boven)
1
2
3
4
Borstwervel
Heiligbeen
Halswervel
Lendenwervel

Slide 14 - Sleepvraag

Slide 15 - Tekstslide

0

Slide 16 - Video

Hoe noem je de vorm die de wervelkolom van mensen heeft?
A
de dubbele S-vorm
B
de L-vorm
C
de heuvel-vorm
D
de kraakbeenvorm

Slide 17 - Quizvraag

Wat zijn volgens jou de functies van het skelet?

Slide 18 - Open vraag

De functies van het skelet
  • Stevigheid geven, rechtop staan
  • Bescherming geven aan organen
  • Beweging mogelijk maken
  • Vorm geven
  • Nog een 5e functie: het maken van bloedcellen

Slide 19 - Tekstslide

Wat zijn de taken van het skelet?
A
Stevigheid en vorm
B
Stevigheid, vorm en bescherming
C
Stevigheid, vorm, bescherming en beweging
D
Stevigheid, vorm, bescherming, beweging en stilstaan

Slide 20 - Quizvraag

Waar zijn botten van gemaakt?
  • Beenweefsel
  • Grootste deel van het bot bestaat uit been.
  • Bevat veel kalk = hard

  • Kraakbeenweefsel
  • Kraakbeen = buigzaam
  • Lijmstof in kraakbeen, waardoor het
  • beweegelijk is.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Wat is het juiste verschil tussen kraakbeenweefsel en beenweefsel?
A
In beenweefsel zit veel kalk en in kraakbeenweefsel zit veel lijmstof
B
In beenweefsel zit weinig kalk en in kraakbeenweefsel zit weinig lijmstof
C
In beenweefsel zit veel kalk en in kraakbeenweefsel zit weinig lijmstof
D
In beenweefsel zit weinig kalk en in kraakbeenweefsel zit veel lijmstof

Slide 24 - Quizvraag

kraakbeen in oren
Kraakbeen in neus

Slide 25 - Tekstslide

Kraakbeen tussen borstbeen en begin ribben
Kraakbeen tussen wervels

Slide 26 - Tekstslide

Baby is soepel door veel lijmstof in de botten
Bejaarde breekt snel wat doordat lijmstof minder wordt

Slide 27 - Tekstslide

Noem 3 plaatsen waar kraakbeen zit

Slide 28 - Open vraag

Wie heeft het meeste lijmstof?
A
Ouderen
B
Volwassenen
C
Tieners
D
Baby's

Slide 29 - Quizvraag

0

Slide 30 - Video

Slide 31 - Link

Huiswerk
  • Paragraaf 4.1 maken
  • afmaken tuinkers-verslag (24 januari inleveren)


Slide 32 - Tekstslide

Sleep naar de botten die je ziet op de röntgenfoto:
Spaakbeen
Elleboog
Ellepijp



middenhands
beentjes



handwortel
beentjes

Slide 33 - Sleepvraag

Vragen bij het filmpje
Schrijf de volgende vragen in je schrift en beantwoord ze tijdens het kijken van het filmpje.
  1. Noem vier voorbeelden van spieren die je automatisch gebruikt zonder erbij na te denken.
  2. Waarmee zitten spieren vast aan botten?
  3. Waaruit zijn spieren opgebouwd? 
  4. Waardoor worden spieren dikker als je ze traint? 

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Video