Powercollege 11_Kinderarbeid

Powercollege 11_Kinderarbeid
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Powercollege 11_Kinderarbeid

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik kan 4 landen opnoemen waar veel kinderarbeid is.
  • Ik weet waarom er nog altijd kinderarbeid in de wereld is.
  • Ik kan 4 verschillende producten opnoemen waarbij veel kinderarbeid wordt gebruikt.
  • Ik kan 3 voorbeelden van primaire behoeften en secundaire behoeften opnoemen.
  • Ik weet hoe het komt dat in sommige arme landen kinderarbeid verdwenen is. 




Slide 2 - Tekstslide

Wat is kinderarbeid:
We spreken over kinderarbeid wanneer:
  • Een kind onder de 12 werkt
  • Een kind tussen de 12 en 14 jaar zwaar werkt doet
  • Een kind tussen de 15 en 18 jaar gevaarlijk werk doet

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Waarom hebben we in Nederland bijna geen kinderarbeid?

Slide 5 - Open vraag

Kinderarbeid in Afrika en Azië
In deze landen is kinderarbeid omdat:
  • Ouders niet genoeg geld hebben om voor hun kinderen  en zichzelf te zorgen. Daarom moeten hun kinderen werken, zodat er genoeg geld wordt verdiend om eten te kunnen kopen.
  • Er is geen minimumloon in deze landen en hierdoor kunnen fabrieken kinderen voor heel weinig geld laten werken.  

Slide 6 - Tekstslide

Zonder kinderarbeid:
  • Hebben veel mensen in arme landen niet genoeg geld om de primaire behoeften te betalen.
  • Dit zijn alle dingen die je nodig hebt om te kunnen leven zoals: kleren, eten en onderdak.
  • Je hebt ook secundaire behoeften. Dit zijn dingen waar je wel zonder kan leven zoals: een auto, mobiel of leuke vakantie naar Spanje

Slide 7 - Tekstslide

Fabrieken maken gebruik van kinderarbeid omdat:
  • Dit veel geld scheelt. Ze kunnen zo veel goedkoper mensen in hun fabriek laten werken.
  • Dit zorgt voor een lage kostprijs per product
  • Dit zijn de kosten die een fabriek maakt om 1 product te maken. 
  • Formule: 
  • Kostprijs per product = totale kosten : Totaal aantal geproduceerde goederen

Slide 8 - Tekstslide

Voorbeeldvraag 1. Een kledingfabriek in Bangladesh maakt 95.000 kledingstukken per jaar. Ze betalen hier €498.750,00 voor. Wat is de kostprijs per product. (rond af met 2 cijfers achter de komma)
Formule: totale kosten : Totaal aantal geproduceerde goederen

Slide 9 - Open vraag

Voorbeeldvraag 1
Voorbeeldvraag 1. 
Een kledingfabriek in Bangladesh maakt 95.000 kledingstukken per jaar. Ze betalen hier €498.750,00 voor. Wat is de kostprijs per product. (rond af met 2 cijfers achter de komma). 
Formule: totale kosten : Totaal aantal geproduceerde goederen
  • 498.750 : 95.000= €5,25

Slide 10 - Tekstslide

Waar vind je kinderarbeid:

Slide 11 - Tekstslide

Kinderarbeid in Nederland
  • Er was veel kinderarbeid in Nederland tot  1874. 
  • Toen kwam daar verandering.
  • In het volgende filmpje zie je het dat ging 
  • Zo gaat nog steeds in veel Afrikaanse en Aziatische landen.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link