Er zijn 5 sprekersdoelen:
- informeren: je hoort feiten en geen meningen
- overtuigen: je hoort meningen
- activeren: je wordt overgehaald is te gaan doen
- instrueren: je krijgt ergens uitleg over
- amuseren: je wordt vermaakt
Met behulp van de sprekersdoelen kun je in een zin vertellen wat de bedoeling is van de makers van een fragment.