M4 Natuurkunde SWC1 Les 4 (H14P1)

M4 Natuurkunde SWC1 Les 4 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

M4 Natuurkunde SWC1 Les 4 

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
- Opening
- Terugblik
- Doel van de les
- Herhalen met LessonUp
- Race
- Werktijd
- Afronden

Slide 2 - Tekstslide

Massa
Gewicht
Is het massa of gewicht?
100 N
20 gram
m
Fz
5 kilogram
7,6 kg

Slide 3 - Sleepvraag

Een fietser gaat een heuvel af.
Welke kracht hoort bij welke pijl?
1.
2.
3.
4.
5.
Zwaartekracht
Rolwrijving
Luchtwrijving
Nettokracht
Trapkracht

Slide 4 - Sleepvraag

Bereken de nettokracht bij afbeelding 1 en 2.
690N ->
310N ->
310 <-
510N ->
690N <-

Slide 5 - Sleepvraag

Een kist met een massa van 200 kg wordt omhoog gehesen.
Op een gegeven moment hangt de kist stil in de lucht.
Hoe groot is de zwaartekracht in deze situatie?
En hoe groot is de spankracht?


Slide 6 - Open vraag

Bereken de massa van het blokje dat ze aan de linkerkant op de aangegeven plaats moet neerhangen zodat de hefboom in evenwicht is.


Slide 7 - Open vraag

Bereken de kracht die wordt uitgeoefend op het verfblik.

Slide 8 - Open vraag

Op een oppervlakte van 4 m² werkt een kracht van 100 N.
Bereken de druk.

Slide 9 - Open vraag

Doel van de les
Aan het einde van de les kun je rekenen met katrollen en weet je wat het massamiddelpunt is

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Het massamiddelpunt van een object zit altijd in het midden
A
Niet waar, is afhankelijk van de massa verdeling
B
Waar, is afhankelijk van de massa verdeling

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Geef in het plaatje hiernaast aan wat de losse katrol en de vaste katrol zijn.
losse katrol
vaste katrol

Slide 14 - Sleepvraag


Ilja hijst een kast met een massa van 46 kg met een katrol 2 meter omhoog.
Hoe groot is zijn spierkracht en hoeveel meter touw moet hij binnen halen.

Slide 15 - Open vraag

Wat ga je nu nog doen?
Fase 1: Wapper eerst even vijf minuten uit, zodat je straks goed gefocust aan het werk kunt. 

Fase 2: Maak de educaplay opdracht en geef je score door.

Fase 3: Ga aan de slag met je paragraaf 1 Laat hem aftekenen en kijk hem goed na. Je maakt alles behalve de grijze blokken.

Fase 4: Alles af én afgetekend? Dan mag je doorwerken, wat voor jezelf wat doen of anderen helpen.

Slide 16 - Tekstslide