Globalisering - LessonUp 10 - [§2.4 Politieke en culturele globalisering]

Politieke en culturele globalisering
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Politieke en culturele globalisering

Slide 1 - Tekstslide

Grenzeloze wereld?

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Lees de inleiding Grenzeloze wereld? van paragraaf 2.4 Politieke en culturele globalisering en bekijk de foto. Bekijk het filmpje De nieuwe poort naar Europa

Slide 11 - Tekstslide

Voor een goed functionerend (kapitalistisch) wereldsysteem zou behalve een vrij verkeer van goederen ook een vrij verkeer van mensen het gemiddelde welvaartsniveau op wereldschaal ten goede komen. De praktijk is anders.
Zoek in de atlas de ligging op van Melilla en Ceuta.

Waarom proberen migranten deze twee enclaves te bereiken?
1a

Slide 12 - Open vraag

Maak duidelijk waarom het hier gemakkelijker is geweest
om grote hekwerken te plaatsen dan in Zuidoost-Europa.
1b

Slide 13 - Open vraag

Ben jij voor- of tegenstander van het wereldwijd volledig
vrijmaken van het grensverkeer? Beargumenteer je keuze.
1c

Slide 14 - Open vraag

Lees paragraaf 2.4 Politieke en culturele globalisering en bekijk de figuren.

Slide 15 - Tekstslide

De politiek van een land heeft grote invloed op de relaties tussen landen.

Noteer drie verschillende manieren van politieke beïnvloeding van het economische wereldsysteem.
2a

Slide 16 - Open vraag

Bekijk figuur 2.27: Mondiale netwerken tussen staten.

Slide 17 - Tekstslide

Welke organisaties uit figuur 2.27 kun je
met recht mondiale netwerken noemen?
3a

Slide 18 - Open vraag

Gebruik de atlaskaart
De wereld - Politiek, Politieke bondgenootschappen.

Welke twee wereldwijde organisaties ontbreken op deze kaart?
Leg uit waarom.
3b

Slide 19 - Open vraag

Waaraan kun je in figuur 2.27 zien dat de politiek (-economische)
netwerken in de wereld een afspiegeling vormen van een centrum-periferiesysteem?
3c

Slide 20 - Open vraag

Economische samenwerking in Europa heeft zich gaandeweg
uitgebreid tot 28 (en sinds de Brexit weer 27) landen.

Noteer een politieke, een economische én een culturele reden waardoor uitbreiding van de EU moeilijker wordt.
3d

Slide 21 - Open vraag

De Europese Unie stimuleert in zogenaamde euregio’s de vorming van grensoverschrijdende netwerken tussen universiteiten, hogescholen en bedrijfsleven. Een van de doelstellingen is het stimuleren van de (regionaal-)economische ontwikkeling. In onderstaande afbeelding is zo’n euregio afgebeeld.

Slide 22 - Tekstslide

Zet de naam van het deelgebied bij het juiste cijfer in onderstaande afbeelding.
4a
Kreis Bitburg-Prüm en Daun
provincie Luik
Nederlands (Zuid-)Limburg
Belgisch Limburg
regio Aken
Belgisch gebied met Duitse gemeenschap

Slide 23 - Sleepvraag

Tussen welke landen is gebied 5 een overgangsgebied?
4b

Slide 24 - Open vraag

Waarom zullen de politieke verhoudingen
binnen België de samenwerking niet gemakkelijk maken?
4c

Slide 25 - Open vraag

Noteer een culturele factor die de samenwerking
in deze regio weleens zou kunnen bemoeilijken.
4d

Slide 26 - Open vraag

Lees W9 en bekijk figuur 2.28.

Slide 27 - Tekstslide

Figuur 2.28: Amerikanisering in Vietnam.

Slide 28 - Tekstslide

Leg uit dat amerikanisering sterk is gekoppeld
aan de hegemonie van landen tijdens het proces van globalisering.
5a

Slide 29 - Open vraag

Geef twee andere voorbeelden van amerikanisering.
5b

Slide 30 - Open vraag

Is de schrijver van W9 voor of tegen de amerikanisering?
Waaruit leid je dat af?
5c

Slide 31 - Open vraag

In welke macroregio stuit amerikanisering op heel veel weerstand?
Geef daarvoor een mogelijke verklaring.
5d

Slide 32 - Open vraag

Bestudeer figuur 2.30 en de atlaskaart Europa - Migratie.

Slide 33 - Tekstslide

Figuur 2.30: Veranderende bestemmingen van mondiale migratie, 2013.
Figuur 2.28: Amerikanisering in Vietnam.

Slide 34 - Tekstslide

Noteer op basis van de kaart van figuur 2.30
een algemene conclusie over het spreidingspatroon van nieuwe bestemmingsgebieden van migranten.
6a

Slide 35 - Open vraag

"Nederland heeft binnen de EU relatief de meeste migranten."

Beoordeel de juistheid van deze stelling, waarbij je gebruikmaakt van een van de kaartfragmenten op de atlaskaart Europa - Migratie of figuur 2.30. Noteer het nummer en de titel van de gebruikte kaart.
6b

Slide 36 - Open vraag

Bekijk figuur 2.31: Vluchtelingen op weg naar Europa.
Figuur 2.28: Amerikanisering in Vietnam.

Slide 37 - Tekstslide

Leg uit hoe vluchtelingen het patroon van de migratie
zoals beschreven in vraag 6a hebben veranderd.
6c

Slide 38 - Open vraag