11.1 Dieren bewegen
1 / 30
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Als je in Londen het 'Natural History Museum' binnen loopt dan zie je meteen dit gigantische skelet (het is een afgietsel) van een diplodocus.
Vertel hierbij een verhaal van je eigen fascinatie met dino's, botten en de vergelijkingen die je kunt maken.
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Er volgen nu vragen om de voorkennis van de leerling te testen.
Wat zijn de taken van het skelet?
A
stevigheid en vorm
B
stevigheid, vorm en bescherming
C
stevigheid, vorm, bescherming en beweging
D
stevigheid, vorm, bescherming, beweging en stilstaan
Slide 5 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Gewricht: welk nummer geeft de gewrichtsknobbel aan?
A
nummer 1
B
nummer 3
C
nummer 5
D
nummer 6
Slide 6 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wijs in dit menselijk skelet de wervelkolom aan door het rode balkje erop te slepen.
Slide 7 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Tekstslide
Wisselmoment. Vraag de leerlingen om hun telefoon even weg te leggen.
Slide 9 - Tekstslide
Gewervelden zijn de groep dieren die een wervelkolom hebben (prikken, vissen, amfibieën, reptielen, vogels en de zoogdieren).
Slide 10 - Video
Even wat meer ingaan op het skelet, in dit geval van de vogel.
Slide 11 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 12 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 15 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 16 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 17 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 18 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 19 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 20 - Tekstslide
Volgende onderwerp in de uitleg.
Slide 21 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 22 - Tekstslide
De hoeveelheid contact met de grond zegt iets over de snelheid waarmee het dier kan bewegen. Het zegt ook iets over de stabiliteit op verschillende ondergronden en de massa van het dier.
Het paard heeft bijvoorbeeld een stevige ondergrond nodig anders zakken de hoeven weg.
Slide 23 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 24 - Tekstslide
Wisselmoment: vragen?
Slide 25 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 26 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Hoe herken je gewervelden?
A
Hebben 4 poten
B
Schubben als huid
C
Hebben een wervelkolom
D
Leven op het land
Slide 27 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Dit dier
is GEWERVELD
is GEWERVELD
A
Klopt
B
Klopt niet
Slide 28 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Dit dier
is GEWERVELD
is GEWERVELD
A
Klopt
B
Klopt niet
Slide 29 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Met welke delen van het menselijk skelet komt het paardenskelet overeen?
Slide 30 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
