6. 22 maart blokuur 11-1

• Spaans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

                          telefoon 

bereid je voor:

1. el chicle, la gorra, los auriculares, la mesa y la silla

2. heb je schrift (libreta) klaar

3. heb je laptop klaar, neem een laptop van receptie als je een laptop nodig hebt.

4. OBSERVATIE: herhaald afwijzende gedrag = AN Magister

aan het einde van deze les gaan wij feedback geven

necesitas

escribe

VANDAAG DOEN WE...

1.  Las partes de la casa, overzicht

2. opdracht: el plano de mi casa/de una casa

3. resumen

4. Pauze ticket: plategrond - Noem 4 kamers 

Nuevo

Oeste

Nuevo Oeste

VANDAAG DOEN WE...

1.  Las partes de la casa, overzicht

2. opdracht: el plano de mi casa/de una casa

3. resumen

4. link naar volgende les  

es.liveworksheets.com

VANDAAG DOEN WE...

1. Las partes de la casa, overzicht

2. opdracht: el plano de mi casa/de una casa

3. resumen

4. link naar volgende les  

Opdracht (papier)

 

Dibuja (no pintes = niet kleuren) un plano de tu casa = een plattegrond

y escribe las habitaciones. 

Lever het in

Neem de woorden correct over

Neem de woorden correct over

de keuken

de woonkamer

de slaapkamer 

het balkon

de garage 

de tuin 

het terras

de eetkamer

de kamer

de badkamer 

/ el cuarto

Las partes

de la casa

DIBUJA EL PLANO DE TU CASA 

PASILLO

Opdracht (papier)

 

Dibuja (no pintes = niet kleuren) un plano de tu casa = een plattegrond

y escribe las habitaciones. 

Lever het in

link google classroom

Escucha y escribe la letra correcta. (1 - 6)

link google classroom

Escucha y escribe la letra correcta. (1 - 6)

link google classroom

Escucha y escribe la letra correcta. (1 - 6)

VANDAAG DOEN WE...

1. Las partes de la casa, overzicht

2. opdracht: el plano de mi casa/de una casa

3. resumen

4. link naar volgende les  

tot nu toe

Vivo en un(a) ____________  (wat?) ____________ (hoe?) (hoeveel plantas?) __________________ en=in _____________ (waar?) .

Tiene _______ habitaciones. (Hoeveel dormitorios?) _____________ , (hoeveel baños?) _______________, (rest) - in de volgende afleveringen...

LEVER de opdracht IN

prepárate para el sleepvraag: 

¿dónde?

en la costa/playa

en las afueras

en la ciudad

en la montaña

en el campo

en un barrio

junto al río

en un pueblo

en el centro

lessonup.com

Soluciones

c

 b

 a

 e

 f

 d

VANDAAG DOEN WE...

1. overzicht

 2. La casa. Overview: luisteren

3. Las partes de la casa

4. opdracht: el plano de mi casa/de una casa

5. Kahoot -?-

6. Exit ticket: plategrond - Noem 4 kamers 

Las partes

de la casa

Neem de woorden correct over

Neem de woorden correct over

de keuken

de woonkamer

de slaapkamer 

het balkon

de garage 

de tuin 

het terras

de eetkamer

de kamer

de badkamer 

/ el cuarto

Opdracht (papier)

 

Dibuja (no pintes = niet kleuren) un plano de tu casa = een plattegrond

y escribe las habitaciones. 

Lever het in

DIBUJA EL PLANO DE TU CASA 

PASILLO

VANDAAG DOEN WE...

1. overzicht

 2. La casa. Overview: luisteren

3. Las partes de la casa

4. opdracht: el plano de mi casa/de una casa

5. Kahoot -?-

6. Exit ticket: plategrond - Noem 4 kamers 

VANDAAG DOEN WE...

1. overzicht

 2. La casa. Overview: luisteren

3. Las partes de la casa

4. opdracht: el plano de mi casa/de una casa

5. Kahoot -?-

6. Exit ticket: plategrond - Noem 4 kamers 

verde, blanco, rojo

negro, rojo, amarillo

amarillo, azul, rojo

rojo, amarillo, rojo

verde, blanco, naranja

azul, blanco, rojo

In de landen van vlag 3 en 4 is de moedertaal Spaans. 

Weet jij welke landen er bij deze vlaggen horen? 

Colombia

Spanje

azul

naranja y blanco

blanca y roja

blanco y verde

pausa

www.liveworksheets.com

To describe location we use __________

Traduce la frase en español:
I live in an old, pretty house. It is in the country.

Traduce la frase en español:
She lives in a big, comfortable house. It is pretty, and it is in the suburbs.

Traduce la frase en español:
We live in a small, old apartment. It is ugly, but it is in the city centre.

Traduce la frase en español:
Do you live in a modern apartment?

Can you conjugate the following verbs?
ser
estar
escuchar
beber
vivir

SOLUCIONES

ser: (yo) soy, (tú) eres, (él/ella/usted) es, (nosotros/as) somos, (vosotros/as)  sois, (ellos/ellas/ustedes) son

estar: estoy, estás, está, estamos, estáis, están

escuchar: escucho, escuchas, escucha, escuchamos, escucháis, escuchan

beber: bebo, bebes, bebe, bebemos, bebéis, beben

vivir: vivo, vives, vive, vivimos, vivís, viven

docs.google.com

EXTRA: me gusta mi piso porque es acogedor

Las partes

de la casa

Vul bij woordenlijst 4.1 de ruimtes in 

met behulp van de afbeeldingen.

Neem de woorden correct over

de keuken

de woonkamer

de badkamer

de slaapkamer

het balkon

de garage

de tuin

het terras

de eetkamer

de kamer

Maak opdracht 2 en 3 uit je libro del alumno op pagina treinta y seis(36). 

verde, blanco, rojo

negro, rojo, amarillo

amarillo, azul, rojo

rojo, amarillo, rojo

verde, blanco, naranja

azul, blanco, rojo

In de landen van vlag 3 en 4 is de moedertaal Spaans. 

Weet jij welke landen er bij deze vlaggen horen? 

Colombia

Spanje

azul

naranja y blanco

blanca y roja

blanco y verde

La pronunciación

1. casa. 

2. pasillo

8. cuarto de baño

3. jardín

4. azul

5. amarillo

6. gris

9. ducha

7. espejo

10. tiene