4.1

1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
Vraaggestuurde Logistieke ketenHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

hoe geef je feedback (model?)

Slide 7 - Woordweb

Slide 8 - Tekstslide

Een bedrijf dat een multi-channel is
A
verkoopt alleen online
B
verkoopt alleen fysiek
C
verkoopt online en fysiek

Slide 9 - Quizvraag

Wanneer is er sprake van cross channel?
A
De retailer heeft 1 kanaal en bedient daarmee de klant
B
Retailer heeft meer kanalen, maar per transactie 1 kanaal
C
Retailer heeft meer kanalen, ook per transactie tegelijkertijd
D
Er zijn meer kanalen, maar klant ervaart geen kanalen

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

welke afwegingen maakt een bedrijf voor transport?

Slide 16 - Woordweb

Slide 17 - Tekstslide

Verzamelnaam voor vervoer met een bepaald transportmiddel (vervoerwijze), zoals wegvervoer, luchtvaart, binnenvaart, zeevaart, spoorvervoer en pijpleidingvervoer.
A
Transport
B
Mobiliteit
C
Transportmodaliteit

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Link

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

De beginschakel en eindschakel in de logistieke keten zijn
A
Expediteur/Ontvanger
B
Groothandel/Ontvanger
C
Leverancier/Ontvanger
D
Consument/Ontvanger

Slide 24 - Quizvraag

Wat is reverse logistics?
A
Het retourneren van producten of emballage aan de leverancier
B
Het omkeren van de logistieke processen voor duurzaamheid
C
Het transporteren van goederen van de fabrikant naar de consument
D
Het retourneren van producten door de consument aan de winkel

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Een producent van chips en pinda’s streeft naar maximale verkrijgbaarheid van zijn merk. Inmiddels heeft ruim de helft van de Nederlandse supermarkten dit merk in het assortiment opgenomen.

Van welke distributiestrategie is hier sprake?
A
Exclusieve distributie
B
Intensieve distributie
C
Selectieve distributie

Slide 28 - Quizvraag

Een producent van tuinmeubels levert per provincie in Nederland alleen aan de vijf grootste winkels qua oppervlakte.

Van welke distributiestrategie is hier sprake?

A
Exclusieve distributie
B
Intensieve distributie
C
Selectieve distributie

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Welk soort logistieke dienstverlener verricht de meeste diensten voor een klant?
A
1PL
B
2PL
C
3PL
D
4PL

Slide 32 - Quizvraag

Een logistiek warehouse wil de dienstverlening aan zijn klanten verbeteren. Naast warehousing gaan zij zich ook richten op transport en koopt een aantal vrachtwagens.

Welke groeistrategie past het bedrijf toe?

A
Marktontwikkeling
B
Diversificatie
C
Marktpenetratie
D
Productontwikkeling

Slide 33 - Quizvraag

Een logistieke dienstverlener bundelt verschillende tijdschriften en doet bij elk bundeltje een sleutelhanger en een pen. Valt dit onder value
added service (VAS) of value added logistics (VAL)?
A
VAS
B
VAL

Slide 34 - Quizvraag

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Link

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide