H3 kader lessen samengevat

Examen
Hoofdstuk 3
Paragraaf 1, 2, 4, 5 (tekst met groene streep NIET) en 6


Woensdag 22 december
5e les uur vragenuur, 7e uur SE
Digitaal dus Ipad/leen-Ipad mee!
1 / 54
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 54 slides, met tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Examen
Hoofdstuk 3
Paragraaf 1, 2, 4, 5 (tekst met groene streep NIET) en 6


Woensdag 22 december
5e les uur vragenuur, 7e uur SE
Digitaal dus Ipad/leen-Ipad mee!

Slide 1 - Tekstslide

Paragraaf 1

Slide 2 - Tekstslide

Politiek
Het maken van keuzes en het nemen van besluiten waardoor een land, provincie of gemeente bestuurd kan worden.






Slide 3 - Tekstslide

Politiek
Wie krijgt wat, wanneer en hoe?

Slide 4 - Tekstslide

Algemeen belang
Zaken die voor heel veel mensen belangrijk zijn


Betekend niet dat iedereen te vrede is!

Slide 5 - Tekstslide

Democratie
Demo = Volk
Cratie = heersen

Letterlijk: Het volk heerst

Het volk heeft invloed op de politieke besluiten


Slide 6 - Tekstslide

Directe democratie

Jij stemt direct over een wet of regel.

Jij hebt direct invloed


Voorbeeld: referendum
Indirecte democratie

Jij stemt op een persoon, die neemt de beslissingen

Jij hebt invloed op de mensen die de beslissingen maken

Voorbeeld: Tweede Kamer


Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Paragraaf 2

Slide 9 - Tekstslide

Links
Gelijkheid

Actieve overheid

Verschil arm/rijk verkleinen

Kwetsbare mensen

Milieu belangrijk

Rechts
Vrijheid

Passieve overheid

Inkomen eigen verantwoordelijkheid --> verschil arm/rijk is logisch

Veiligheid

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

SP
L. Marijnissen

Meest linkse partij

Komt op voor mensen met lage lonen

Vind zorg erg belangrijk
- Goedkoper
- meer geld voor personeel

Slide 13 - Tekstslide

GroenLinks
J. Klaver
Milieu

Gelijkheid (minder ongelijkheid)

Slide 14 - Tekstslide

Partij vd Dieren
E. Ouwehand

One issue partij --> dieren

Ouwehand wint prijzen voor haar debattechnieken

Slide 15 - Tekstslide

Denk
F. Azarkan
Rechten van minderheden

Komen op voor mensen met niet westerse achtergrond

Slide 16 - Tekstslide

PvdA
A. Kuiken
Partij van de Arbeid

Overheid moet zorgen voor genoeg banen

Slide 17 - Tekstslide

D66
J. Paternotte

Meer macht bij burgers

Onderwijspartij

Zelfbeschikking

Slide 18 - Tekstslide

Christen Unie
G.J. Segers
Christelijk

Help uw naasten/naastenliefde

Hulp bieden aan slachtoffers

Tegen euthanasie en abortus


Slide 19 - Tekstslide

CDA
W. Hoekstra
Grootste christelijke partij

Boerenpartij

Slide 20 - Tekstslide

SGP
K. vd Staaij
christelijk

Zowel de bijbel als wetboek

Oudste partij van NL

Slide 21 - Tekstslide

VVD
M. Rutte
Ondernemers partij

Vrijheid is belangrijk

Belastingen laag

Slide 22 - Tekstslide

PVV
G. Wilders
Islam

Opkomen voor mensen met lage lonen

Vrijheid van meningsuiting

Enige partij zonder leden

Slide 23 - Tekstslide

FvD
T. Baudet
Kleine overheid

Uit de Europese Unie

Partij kartel

Corona

Slide 24 - Tekstslide

LET OP!
Volgende partijen staan niet in het boek

Slide 25 - Tekstslide

Volt
L. Dassen
Europese partij

Oplossingen voor migratie, veiligheid en klimaat

Mensen moeten kunnen meebeslissen



Slide 26 - Tekstslide

Bij1
S. Simons

Gelijkwaardigheid

Tegen discriminatie en racisme

Diversiteit

Slide 27 - Tekstslide

JA21
J. Eerdmans
Streng immigratiebeleid

Vrijheid en verbondenheid

Slide 28 - Tekstslide

BBB
C. vd Plas
BoerBurgerBeweging

Belangen van boeren

Slide 29 - Tekstslide

Paragraaf 3
HOEF JE NIET TE LEREN!

Slide 30 - Tekstslide

Paragraaf 4

Slide 31 - Tekstslide

De regering
Koning + ministers
(koning onschendbaar + geen mening)
Maken plannen


Het kabinet
Ministers + staatssecretarissen

Voeren de plannen uit

Dagelijks bestuur

Slide 32 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen de regering en het kabinet?

Regering: Koning + ministers
Kabinet: ministers + staatssecretarissen

Regering maakt plannen, kabinet voert uit

Slide 33 - Tekstslide

Kabinet
Ministers + staatssecretarissen (hulpje van de minister)

Slide 34 - Tekstslide

1x per 4 jaar stemmen

17 maart 2021 verkiezingen
Tweede kamer
150 zetels
Meerderheid is 76 zetels

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Video

Koning
! HEEFT GEEN MACHT !

NL is een democratie en wordt bestuurd door volksvertegenwoordigers!


Slide 37 - Tekstslide

Taken van de koning
Handtekening onder wetten

Overleg voeren met minister-president

Land vertegenwoordigen

Beëdigen 

Slide 38 - Tekstslide

Paragraaf 5

Slide 39 - Tekstslide


Eerste Kamer
75 volksvertegenwoordigers

Indirect gekozen

Kunnen niks veranderen
Laatste check

Tweede Kamer
150 volksvertegenwoordigers

Direct gekozen

Kunnen een wet veranderen
Parlement
Taken: (mede) wetgeving + controleren kabinet

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Hoe komt een wet tot stand?
Stap 1: Er is een maatschappelijk probleem:
We eten te weinig frikandellen speciaal!
I <3 delletje

Slide 42 - Tekstslide

Hoe komt een wet tot stand?
Stap 2: Minister of Tweede Kamerlid maakt een wetsvoorstel:

Iedere werkgever is verplicht om op vrijdag een frikandel speciaal aan zijn werknemers te geven.

Stap 3: Minister gaat in debat met Tweede Kamer. Minister legt uit waarom dit belangrijk is.

Slide 43 - Tekstslide

Hoe komt een wet tot stand?
Stap 4: Tweede Kamerleden dienen tijdens debat amendementen (wijziging van het idee):

Iedere baas is verplicht om op vrijdag en frikandel speciaal aan zijn werknemers te geven. Ook scholen delen op vrijdag frikandellen uit.

Slide 44 - Tekstslide

Hoe komt een wet tot stand?
Stap 5: Tweede Kamer stemt over de wet --> 76 stemmen voor


Stap 6: Eerste Kamer stemt over de wet --> 38 stemmen voor
                                                                   OF
Stap 6: Eerste kamer stemt over de wet --> 38 stemmen tegen (ga terug naar stap 2: minister past wetsvoorstel aan)


Slide 45 - Tekstslide

Hoe komt een wet tot stand?
Stap 7: Koning zet zijn handtekening.

Stap 8: De wet wordt bekend gemaakt.

Slide 46 - Tekstslide

Bekijk bron 8 goed voor het schoolexamen!

Slide 47 - Tekstslide

Paragraaf 6

Slide 48 - Tekstslide

Slide 49 - Video

Trias Politica
Om te voorkomen dat een groep te veel macht krijgt, is de macht gescheiden in drie onderdelen:
  1. Het parlement beslist over wetsvoorstellen.
  2. De ministers (regering) voeren de wetten uit.
  3. De rechters beoordelen of overheid en burgers zich aan de wet houden.

Slide 50 - Tekstslide

Slide 51 - Video

Regering maakt plannen
Maar heeft uiteindelijk weinig te zeggen
Uiteindelijk heeft Tweede kamer meeste macht!

Slide 52 - Tekstslide

Parlementaire democratie
Het parlement (de mensen op wie wij stemmen) moet elk wetsvoorstel goedkeuren.

Het parlement heeft daardoor meer macht dan de ministers.

Daarom noemen we onze democratie een parlementaire democratie.

Slide 53 - Tekstslide

Rechtsstaat
De combinatie van een parlementaire democratie, grondwet en trias politica maakt Nederland een rechtsstaat.

Dit betekend:
Een land waarin de rechten en plichten van burgers én van de overheid in de grondwet zijn vastgelegd en ook worden nageleefd.

Slide 54 - Tekstslide