Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
naamvallen 1e 3e en4e
Aan het eind van de les kan je:
- Het naamvallen-stappenplan gebruiken
- De hij / AAN hem / hem regel toepassen.
- Naaste de 1e en 4e namval, ook de 3e naamval in een zin toepassen.
1 / 18
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
18 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Aan het eind van de les kan je:
- Het naamvallen-stappenplan gebruiken
- De hij / AAN hem / hem regel toepassen.
- Naaste de 1e en 4e namval, ook de 3e naamval in een zin toepassen.
Slide 1 - Tekstslide
Die Fälle (de naamvallen)
Wie war es schon wieder?
Slide 2 - Tekstslide
Welke naamval is het onderwerp (HIJ)?
A
1e
B
2e
C
3e
D
4e
Slide 3 - Quizvraag
Welke naamval is het lijdend voorwerp (HEM)?
A
1e
B
2e
C
3e
D
4e
Slide 4 - Quizvraag
HIJ / HEM regel
Je moet het stukje wat je in moet vullen + het zelfstandige naamwoord door HIJ of HEM kunnen vervangen.
Slide 5 - Tekstslide
In welke naamval staat 'Der Mann'?
"Der Mann lauft weg."
A
1e
B
4e
C
Ik weet het niet
D
Geen van beide
Slide 6 - Quizvraag
In welke naamval staat 'Das Kind' ?
Das Kind ruft mich.
A
1e
B
4e
C
ik weet het niet
D
geen van beide
Slide 7 - Quizvraag
Voorzetsels
Nadat je stap 1 gedaan hebt --> welk schema?
volgt stap 2 --> staat er een voorzetsel in de zin VOOR het stukje wat je in moet vullen?
Er zijn voorzetsel met de 3e en met de 4e naamval. Bij elk schema staan dezelfde voorzetsels.
Slide 8 - Tekstslide
Ich kann nicht ohne mein... Hund leben.
A
mein
B
meinem
C
meinen
Slide 9 - Quizvraag
Ich bin seit (deze) ... Woche verheiratet.
A
diese
B
dieser
C
diesem
Slide 10 - Quizvraag
Nach ein..... Jahr (o) ist es fertig.
A
ein
B
einem
C
eines
Slide 11 - Quizvraag
3e naamval (meew.vw)
Het
mw
vind je door vóór het zinsdeel
aan
of
voor
te zetten of weg te laten.
Ik geef (aan) de moeder bloemen.
de moeder
is meew.vw.
Slide 12 - Tekstslide
Dus ...
De man geeft
aan het kind
een fiets
.
Der Mann schenkt
dem Kind
ein Rad.
ond (1e-m)
mw (3e-onz)
lv (4e- m)
Slide 13 - Tekstslide
Pietje geeft aan een meisje een kus.
meew. vw is?
A
Pietje
B
een meisje
C
een kus
D
aan
Slide 14 - Quizvraag
Hij heeft dat haar vriend verteld.
meew. vw is?
A
hij
B
haar vriend
C
heeft verteld
D
heeft
Slide 15 - Quizvraag
Ich habe das mein... Tante erzählt.
A
mein
B
meinem
C
meiner
D
meinen
Slide 16 - Quizvraag
Mijn vader schenk ik een kop koffie in.
mee. vw is?
A
mijn vader
B
ik
C
kop koffie
D
ik weet t niet
Slide 17 - Quizvraag
Der Junge schickt sein... Eltern Blume.
A
seine
B
sein
C
seinem
D
seinen
Slide 18 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
naamvallen 1e 3e en4e
Maart 2024
- Les met
34 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t, mavo, havo
Leerjaar 3,4
naamvallen 1e 3e en4e deel III
November 2024
- Les met
32 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
naamvallen 1e 3e en4e
Juni 2024
- Les met
31 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
naamvallen 1e 3e en4e
Maart 2020
- Les met
33 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
naamvallen 1e 3e en4e
November 2019
- Les met
32 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
naamvallen 1e 3e en4e
Juni 2020
- Les met
35 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
naamvallen 1e 3e en4e
September 2021
- Les met
28 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
2-2- 3vnaamvallen 1e 3e en4e
Januari 2022
- Les met
29 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2