Situatie:
Je hebt afgelopen weekend iets * (zelf bedenken wát) gekocht bij...( zelf winkel bedenken)
Wat je hebt gekocht bleek bij thuiskomst stuk te zijn. ( bedenk zelf wat eraan mankeert: tenminste 3 dingen!)
Draag tenminste 2 oplossingen aan.
Geef aan wanneer je antwoord verwacht op je klacht.
sluit op een passende manier af.
Adres winkel zelf bedenken!