ALA5A week 1

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3,4

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kennismaken

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Primaire geslachtskenmerken
Secundaire geslachtskenmerken
Opdracht: Verschuif de woorden in de blauwe vakken naar het juiste rode vak.
Penis
Borsten
Baard in de keel
Grote schaamlippen
Vagina
Bredere heupen
Balzak
Toename spiermassa
Baardgroei

Slide 7 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Baarmoeder
Eileider
Eierstok
Urineblaas
Urinebuis
Vagina

Slide 8 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

1
2
4
5
7
14
Baarmoeder
Vagina
Blaas
Eierstok
Eileider
Urinebuis

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen primair vrouwelijk geslachtskenmerk
A
borsten
B
vagina
C
vulva
D
eileider

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Latijnse benaming voor baarmoeder
A
Lathyrus
B
Mammae
C
Uterus
D
Cervix

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de Latijnse benaming voor eileider
A
Tibia
B
Fibula
C
Tuba(e)
D
Alle antwoorden zijn fout

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Mannelijke voortplantingsorgaan

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Blaas
Bijbal
Endeldarm
Penis
Teelbal (testis)
Urineleider
Zaadleider
Zwellichaam

Slide 14 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Inwendige geslachtsorganen
Urineblaas
In de urineblaas bevind zich urine. De urine verlaat de blaas via de urinebuis. 
Penis (eikel en voorhuid)
De penis is het meest herkenbare gedeelte van het mannelijk voortplantingsorgaan. De penis bestaat uit zwellichamen. Het lange gedeelte van de penis heeft geen specifieke naam. 
Het bovenste puntje noemen we de eikel, om de eikel heen bevind zich de voorhuid. De voorhuid is een velletje die de eikel beschermt. Tijdens een erectie trekt de voorhuid zich terug en wordt de eikel zichtbaar. 
De eikel is het gevoeligste gedeelte van de penis en speelt een grote rol bij seksualiteit.
Zaadleider
Vanuit de bijbal loopt er een buisje verder wat ook wel de zaadleider wordt genoemd, die vervolgens naar de lies en met een grote bocht richting de prostaat gaat. De zaadleider verbindt de bijbal met de urinebuis. Achter de prostaat komt de zaadleider samen met de afvoer van zaadblaasjes.  
Hoewel de urinebuis ook urine loost, is er een klep die de uitstroom van sperma en urine regelt. Tijdens de ejaculatie (klaarkomen) stroomt het sperma door de urinebuis uit de penis. Dit betekend dan ook dat er op dat moment geen urine vrij kan komen. Je kan dus nooit tegelijkertijd plassen en klaarkomen
Prostaat
De functie van de prostaat is het vervoer van zaadcellen bij het klaarkomen. Bij het klaarkomen worden de zaadcellen naar de prostaat gepompt. Daar worden ze vermengd met het prostaatvocht.
Zaadblaasje
Achter de prostaat komt de zaadleider samen met de afvoer van zaadblaasjes. Zaadblaasjes zijn klieren die spermavocht produceren. Dit vocht komt in de prostaat samen met de zaadcellen. 
Bijballen
Een man heeft dus twee zaadballen en twee bijballen. Zo'n bijbal bestaat uit een grote groep van zeer kleine buisjes en ligt als een soort kapje op de zaadbal. De zaadcellen worden opgeslagen in de bijballen.
Teelballen
Je teelbal heeft twee duidelijke functies:
Het produceren van spermacellen voor de voortplanting.
Het produceren van het mannelijke hormoon testosteron.
Balzak
De balzak is een huidplooi waarin de teelballen liggen
Zwellichamen
Een zwellichaam is een sponsachtige groep spiercellen die zich kunnen vullen met bloed. Wanneer de bloedtoevoer veel wordt zwelt het orgaan zich op. (In dit geval de penis)
Urinebuis
De urinebuis is een lange buis vanuit de urineblaas tot het uiterste puntje van de penis. Bij de prostaat kan er in de urinebuis sperma worden toegevoegd. Let op! Urine en sperma kunnen nooit tegelijk door de buis heen lopen

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom hangen de zaadballen buiten het lichaam?
A
Te weinig ruimte in de buikholte
B
Vanwege de optimale temperatuur
C
Zwaartekracht tav de spermacellen
D
Alle bovenstaande antwoorden zijn goed.

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de latijnse benaming voor balzak
A
Scrotch
B
Sarcoom
C
Scrotum
D
Labia

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zaadlozing
300 a 500 miljoen per lozing

Levensduur: 48 tot 72 uur

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zaadcel/ spermacel
Heeft een kop en een zweepstaartje

In de kop zit het erfelijk materiaal

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Invloed hypofyse op de geslachtsorganen

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hypofyse --> Hormoon
Hypofyse
eierstokken
teelballen

Slide 28 - Tekstslide

In de hypofyse LH en FSH aangemaakt...FSH maakt dat de teelballen zaadcellen aanmaken en LH zet aan tot maken van testosteron.

Vrouw: aanmaak FSH en LH: FSH: groei van een follikel in de eierstok en LH: laat het follikel verder groeien (Graafse follikel)tot het openbarst. LH maakt in de eierstok een vrouwelijk hormoon aanmaken nl progesteron.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Wat is hCG?
HCG is de afkorting voor humaan choriongonadotrofine. Dit is een hormoon dat je lichaam tijdens je zwangerschap aanmaakt. Hormonen zijn stoffen die invloed hebben op elkaar en op gebeurtenissen in je lichaam. Ze zorgen er bijvoorbeeld voor dat er meer of juist minder andere hormonen worden gemaakt. Hierbij hebben ze een ‘signaalfunctie’. Dit betekent dat ze bepaalde lichaamscellen of organen vertellen wat er moet gebeuren.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies