In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 20 min
Onderdelen in deze les
Jezelf mogen zijn op school
Voorlichting GSA
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Video
Bekijk de video van Tyrell waarin hij vertelt hoe hij reageerde toen hij racistische opmerkingen van klasgenoten kreeg op school. Leerlingen die dit overkomen voelen zich in zo’n situatie vaak machteloos, wat het moeilijk maakt voor slachtoffers om zich uit te spreken.
Kies één woord dat jouw gevoel uitlegt bij dit verhaal
Slide 3 - Woordweb
Bespreek de ingevoerde antwoorden en laat leerlingen samenhang zoeken tussen de verschillende antwoorden. Sleep deze eventueel bij elkaar.
Vaak zijn leerlingen geneigd direct een oordeel of analyse over het verhaal te geven, de bedoeling van deze opdracht is om stil te staan bij wat het persoonlijke verhaal met hen doet.
Vraag de leerlingen één woord dat hun gevoel omschrijft bij het zien van het filmpje op te schrijven.
Ik voel me thuis op school
Altijd
Vaak
Geen mening
Soms
Nooit
Slide 4 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
Op school mag ik mezelf zijn
Altijd
Vaak
Geen mening
Soms
Nooit
Slide 5 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
Ik voel me op school gediscrimineerd
Altijd
Vaak
Geen mening
Soms
Nooit
Slide 6 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
Slide 7 - Video
Bekijk samen de video.
Vergeet niet het geluid aan te zetten.
Discriminatie en gelijke rechten
Discriminatie is iemand ongelijk behandelen, bijvoorbeeld vanwege huidskleur of religie. Aan de hand van een video ontdekken jullie wat wel of geen discriminatie is en waarom gelijke rechten belangrijk zijn.
Discriminatie is iemand ongelijk behandelen, bijvoorbeeld vanwege huidskleur of religie.
Slide 8 - Tekstslide
Deze slide geeft een korte definitie van wat discriminatie is.
Bij welk van onderstaande situaties is er sprake van discriminatie?
A
B
C
D
Slide 9 - Quizvraag
Leerlingen bekijken de 4 situaties en beslissen of hier sprake is van discriminatie. Bij D is sprake van een vooroordeel of valse aanname, bij C is duidelijk sprake van discriminatie en A en B zijn discutabel.
A = Vooroordeel, in principe gaat het hier nog niet om discriminatie. Tijdens een intern overleg wordt de aanmelding van een transgender besproken en wat daarmee te doen. De mening van de man is dat deze aanmelding moet worden afgewezen en hij maakt hierbij een discriminerende opmerking. Als degene die zich heeft aangemeld daadwerkelijk wordt afgewezen vanwege het feit dat hij/zij/x transgender is, dan is er sprake van discriminatie.
B = Vooroordeel, in principe gaat het hier nog niet om discriminatie. De winkeleigenaar denkt dat hij de twee jongens (omwille hun uiterlijk) extra in de gaten moet houden. Op dit moment is er nog geen sprake van ongelijke behandeling. Gaat de winkeleigenaar de jongens ná hun bezoek aan de winkel fouilleren en anderen niet, dan is er sprake van discriminatie.
C = Discriminatie, hier is duidelijk sprake van ongelijke behandeling. De witte vader en zoon zijn welkom bij de club en de anderen vader en zoon worden, zonder reden die er toe doet, op de wachtlijst geplaatst.
D = Vooroordeel of valse aanname, een veelvoorkomende opmerking die als pijnlijk kan worden ervaren. De witte vrouw prijst de vrouw met hoofddoek voor haar goede Nederlands. Er van uit gaande dat de vrouw met hoofddoek niet geboren zou zijn in Nederland, een gedachte die baseert op een valse aanname of vooroordeel.
Doelen
- Je kan twee kenmerken van levensvragen noemen
- Ja kan de 2 karakteristieken van levensvragen in eigen woorden uitleggen
Op school zetten leerlingen van de GSA zich al enkele jaren in voor acceptatie eerst homo's en lesbiennes, nu ook voor leerlingen van ieder gender en andere seksualiteiten.
De GSA is voor leerlingen door leerlingen.
Maar we zijn super-divers en op school komt iedereen samen: verschillende geloven, arm & rijk en andere achtergronden. Soms zelf gemixt.