1.4 Aangeboren of aangeleerd

H1: Gedrag
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

H1: Gedrag

Slide 1 - Tekstslide

Deze les:
- 1.4 aangeboren of aangeleerd gedrag
- mini D-toets: Leerprocessen
- PO Gedrag: maken opdr. 3 t/m 5 (bestudeer filmmateriaal dier in het wild, maak ethogram en beschrijf onderzoeksmethode)

Slide 2 - Tekstslide

Aangeboren en aangeleerd 

Slide 3 - Tekstslide

Doel en begrippen 1.4
Je leert welk gedrag dieren vanaf hun geboorte vertonen en hoe ze nieuw gedrag leren

aangeboren, aangeleerd, spelen, rangorde, dominant, associatoef leren, klassieke conditionering, trial- and-error, proefondervindelijk leren, operante conditionering, imitering, inprenting, gevoelige periode, gewenning.

Slide 4 - Tekstslide

Aangeboren gedrag

Gedrag dat niet geleerd hoeft te worden, zoals reflexen of erfelijk gedrag (responsen op sleutelprikkels)

Slide 5 - Tekstslide

Aangeleerd gedrag
Hoe leren dieren en mensen? 
  1. Inprenten
  2. Imiteren
  3. Trail & Error
  4. Conditioneren: klassiek en operant 
  5. Inzichtelijk leren
  6. Gewenning

Slide 6 - Tekstslide

Inprenten
Onbewust leren in een gevoelige periode waarbij het geleerde wordt niet meer vergeten. 

Voorbeeld bij mensen: een taal leer je het beste tussen je 2e en 10e levensjaar. Een vreemde taal leer je dus sneller in de kleutertijd, dan op de middelbare school!



Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Imiteren
Leren door het gedrag van andere soortgenoten na te doen

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Trial & Error
Proefondervindelijk leren, dus leren door vallen en opstaan!

En door oefenen gaat het steeds beter :)

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Conditioneren
Leren door een verband te leggen tussen gedrag en beloning

Klassiek of operant

Slide 13 - Tekstslide

Klassieke conditionering
Een prikkel veroorzaakt bepaald gedrag dat oorspronkelijk niet door die prikkel werd veroorzaakt 

Dit komt doordat een neutrale prikkel wordt gekoppeld aan een prikkel die een reflex oproept

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Klassieke conditionering - verband tussen twee verschillende prikkels (associatief leren)

Slide 16 - Tekstslide

Operante conditionering
Leren door het effect/de gevolgen van bepaald gedrag

Het gewenste gedrag wordt bekrachtigd door beloning of het ongewenste gedrag wordt afgeleerd door straf

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Overzicht conditionering

Slide 19 - Tekstslide

Inzicht
Leren door een oplossing te bedenken zonder dat dit is voorgedaan of zonder lukraak proberen.

Bijvoorbeeld wiskunde vraagstukken oplossen!

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Gewenning
De respons op een prikkel neemt af bij herhaaldelijke toediening van een prikkel (drempelwaarde verhoogt). 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Link

Doel en begrippen 1.4
Je hebt geleerd welk gedrag dieren vanaf hun geboorte vertonen en hoe ze nieuw gedrag leren

aangeboren, aangeleerd, spelen, rangorde, dominant, associatief leren, klassieke conditionering, trial- and-error, proefondervindelijk leren, operante conditionering, inprenting, gewenning.

Slide 24 - Tekstslide

PO Gedragsonderzoek
Maken opdr. 3 t/m 5 (bestudeer filmmateriaal dier in het wild, maak ethogram en beschrijf onderzoeksmethode)

Feedback opdr. 1 + 2

Slide 25 - Tekstslide