- Opgave paragraaf 3.4 - je krijgt 10 minuten om deze na te kijken? - ben je klaar? Ga aan de slag met de opgaven op blz. 90 & 91
Slide 2 - Tekstslide
14A. Houd rekening met €5 provisie
Slide 3 - Tekstslide
14B. Houd rekening met €5 provisie
Slide 4 - Tekstslide
14C. Houd rekening met €5 provisie
Slide 5 - Tekstslide
14D. Houd rekening met €5 provisie
Slide 6 - Tekstslide
14E. Houd rekening met €5 provisie
Slide 7 - Tekstslide
Giraal geld
Chartaal geld
Geld op je pinpas.
Geld op je betaalrekening
Geld dat je niet kan aanraken
Munten en bankbiljetten
Slide 8 - Sleepvraag
Leg uit waarom winkeliers liever hebben dat je aankopen giraal afrekent in plaats van chartaal.
Slide 9 - Open vraag
De rente op geleend geld is groter dan de rente op spaargeld
A
Juist
B
Onjuist
Slide 10 - Quizvraag
debetsaldo
Creditsaldo
Saldo: 125.000 (tegoed)
Saldo: €165,45 (tekort)
Saldo: €78,34 (tekort)
Slide 11 - Sleepvraag
Sparen voor een doel
Sparen uit voorzorg
Sparen voor de rente
Je spaart om voor het geval er iets onverwachts gebeurd waar je geld voor nodig hebt
je spaart om een financiële buffer op te bouwen
Je spaart om rente te ontvangen
Je spaart om volgende jaar een nieuwe fiets te kopen
Slide 12 - Sleepvraag
Kevin heeft €4.100 op een spaarrekening staan. De rente is 0,8%. Hoe veel rente ontvangt Kevin in 2 jaar met enkelvoudige rente?
A
€32,80
B
€656
C
€328
D
€65,60
Slide 13 - Quizvraag
Kevin had zijn €4.100 spaargeld ook op een spaarrekening kunnen zetten met samengestelde rente. Het rente% is 0,8%. Wat is het saldo van Kevin zijn spaarrekening na 2 jaar?