Heb je de toets voor maandag gemaakt, dan krijg je feedback op de antwoorden
De oefentoets is niet verplicht te maken, maar wel een hele goede oefening
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Oefentoets 3.1 tm 3.3
De oefentoets bestaat uit 9 vragen
Heb je de toets voor maandag gemaakt, dan krijg je feedback op de antwoorden
De oefentoets is niet verplicht te maken, maar wel een hele goede oefening
Slide 1 - Tekstslide
1a: Sleep naar het juiste vak
Huismiddel
Pijnstiller
Honing in de thee
Aspirine bij hoofdpijn
Kruidenmengsel bij verkoudheid
Oogdruppels van de kruidvat tegen hooikoorts
Knoflook tegen snurken
Slide 2 - Sleepvraag
1b: Wat is het verschil tussen een huismiddel en een pijnstiller?
Slide 3 - Open vraag
Vraag 2
Op de volgende dia's heb je een aantal situaties van wanneer mensen zich gelukkig voelen, onder welk kopje valt dit?
- Lichamelijk welzijn
- sociaal welzijn
- Geestelijk welzijn
Slide 4 - Tekstslide
2a: Als je blij bent dat je bij voetbal je teamgenoten weer ziet
A
Lichamelijk welzijn
B
Sociaal welzijn
C
Geestelijk welzijn
Slide 5 - Quizvraag
2b: Ik ben blij met wie ik ben
A
Lichamelijk welzijn
B
Sociaal welzijn
C
Geestelijk welzijn
Slide 6 - Quizvraag
2c: Ik ben erg blij dat mijn enkel weer genezen is van een breuk en het gips er af is
A
Lichamelijk welzijn
B
Sociaal welzijn
C
Geestelijk welzijn
Slide 7 - Quizvraag
2d: Leg je antwoord bij de vorige vraag uit...
Slide 8 - Open vraag
Vraag 3
Mevrouw van Dijk houd wel van een feestje met een drankje. Ze is bij een feestje en iemand geeft haar een duw en daardoor gaat ze door haar enkel. Mevrouw van Dijk besluit naar de dokter te gaan en het blijkt dat ze haar enkel heeft gebroken
Slide 9 - Tekstslide
3: Is dit een voorbeeld van een leefstijl ziekte, leg uit...
Slide 10 - Open vraag
4: Elin is geboren met het syndroom van down. Ze heeft een extra chromosoom. Haar ouders hebben deze extra chromosoom niet. Is dit een aangeboren afwijking of een erfelijke afwijking, leg uit....
Slide 11 - Open vraag
5; Noem een voorbeeld van een risicofactor
Slide 12 - Open vraag
6: Is een virus een voorbeeld van een organisme
Slide 13 - Open vraag
7: Is een goede weerstand belangrijk om te voorkomen dat je ziek wordt
A
Waar
B
Niet Waar
Slide 14 - Quizvraag
8: Incubatie tijd is de tijd tussen
A
de ziekteverwekker je lichaam in komt en hij in je cellen zit
B
je lichaam de ziekteverwekker merkt en wanneer jij ziek word
C
de ziekte verwekker je lichaam inkomt en je ziek wordt
D
de ziekte verwekker je lichaam inkomt en je lichaam het merkt
Slide 15 - Quizvraag
9: Zet ze in de juiste volgorde bij het verzorgen van een wond