Handel en nijverheid in de republiek

De Gouden Eeuw


1. Handel in de Republiek
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

De Gouden Eeuw


1. Handel in de Republiek

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen waarom Nederland in de 17e eeuw een rijk land werd

Slide 2 - Tekstslide

Hoe wordt de Republiek rijk? 
  • 1568-1648: Tachtigjarige oorlog (Nederlandse Opstand)

  • Oorlog is in principe slecht voor de handel, maar de oorlog werd vooral in de Zuidelijke Nederlanden uitgevochten (huidige België)

  • Haven van Antwerpen werd afgesloten: handelschepen wijken uit naar Amsterdam

Slide 3 - Tekstslide

Stapelmarkt

Slide 4 - Tekstslide

Oostzeehandel
  • Handel Groeit vooral in Zeeland en Holland
  • Deze gewesten handelen in het Oostzeegebied
  • Ze kopen hier graan en hout en verkopen haring en zout

Slide 5 - Tekstslide

Groei nijverheid
  • Door meer handel komen er meer bedrijven die schepen bouwen, zeilen maken en touwen slaan

Slide 6 - Tekstslide

Hoe wordt de Republiek rijk? (2)
  • Nederland heeft niet heel veel producten/grondstoffen

  • Vooral veel zuivelproducten

  • Oplossing: stapelmarkt.

  • Amsterdam wordt één grote marktplaats voor Europese producent

Slide 7 - Tekstslide

Stapelmarkt
  • Handelaren kopen producten en slaan deze net zo lang op tot ze er een goede prijs voor kunnen krijgen! Dan gaan ze verkopen
  • Eerst vooral hout en graan maar door handelaren die uit antwerpen kwamen ook Luxeproducten zoals bont, dure stoffen en specerijen 

Slide 8 - Tekstslide

er ontstaat Handelskapitalisme:
  • Als kooplieden winst maken investeren ze het steeds weer in nieuwe schepen en handelswaar om op deze manier nog meer winst te maken !

Slide 9 - Tekstslide

Nieuwkomers in de 17e eeuw
  • Hollandse steden groeien in de gouden eeuw enorm aan inwoners
  • bijvoorbeeld Amsterdam van 95.000 naar 200.000 inwoners

Slide 10 - Tekstslide

NIeuwkomers
  1. Door de scheepsbouw en handel in Zeeland en holland komen veel mensen uit het oosten en Duitsland naar het westen om te werken
  2. De republiek was erg verdraagzaam: Mensen die in hun eigen land niet normaal konden of mochten leven ( bijvoorbeeld door hun geloof) mochten dit wel in de Republiek

Slide 11 - Tekstslide

Nieuwkomers
Uit het katholieke Spanje en Portugal kwamen joden. Uit het katholieke Frankrijk en uit Antwerpen vluchtten protestanten. De verplaatsing van grote groepen mensen naar een ander gebied heet migratie.

Slide 12 - Tekstslide



Een schip dat vanuit Amsterdam naar de landen rond de Oostzee vaart, is geladen met:
A
kaas, textiel en vis
B
wijn en olie
C
specerijen
D
graan en hout

Slide 13 - Quizvraag



Een schip dat vanuit de landen rond de Oostzee naar Amsterdam vaart, is geladen met:
A
kaas, textiel en vis
B
wijn en olie
C
specerijen
D
graan en hout

Slide 14 - Quizvraag

Republiek wordt handelscentrum van Europa

Slide 15 - Tekstslide

Aantekening
  • De Republiek wordt erg rijk door twee dingen: Het ontbreken van de haven van antwerpen en  de handel in de oostzee waar de republiek handelt in Zout, haring en graan en hout er ontstaat hierdoor een stapelmarkt met Handelskapitalisme
  • Door handel gaan er meer mensen in nijvheid werken ( ze gaan vooral aan het werk in de scheepsbouw) hierdoor komen er veel mensen uit het Oosten van de Republiek en uit DUitsland naar Holland.
  • Daarnaast komen er veel nieuwkomers uit Spanje en portugal(joden) en uit frankrijk ( protestanten) omdat de Republiek voor zijn tijd erg verdraagzaam is

Slide 16 - Tekstslide


Leg in je eigen woorden uit wat
'De Nederlandse Opstand' betekent

Slide 17 - Open vraag


Leg in je eigen woorden uit wat
een 'stapelmarkt' betekent

Slide 18 - Open vraag


Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Slide 19 - Open vraag