Doen, maken en begrijpen.
Lees de tekst: De Vikingen. (blz: 67)
Maak de opdrachten: 19 en 20.
Begrijpen, leerdoelen, kennen & kunnen:
1: Uitleggen waarom de Vikingen op rooftocht gingen in Europa.
Maak ook eens: samenvattingsopdracht 22!
Ken je de begrippen: het drieslagstelsel, de geestelijke, de heiden, de horige en de monnik ?!