Van welke materialen zijn de volgende kunstwerken gemaakt?
Hoe wordt het materiaal gebruikt?
(vorm, kleur, textuur)
Slide 5 - Tekstslide
Opdracht:
Slide 6 - Tekstslide
Opdracht:
Slide 7 - Tekstslide
Opdracht:
Slide 8 - Tekstslide
Opdracht:
Slide 9 - Tekstslide
2. Onderzoeken
Kies een materiaal en onderzoek het door de kleur, vorm en textuur te bestuderen.
Slide 10 - Tekstslide
Kleur van het materiaal:
Welke dingen uit de natuur hebben deze kleur?
Slide 11 - Tekstslide
Vorm van het materiaal:
Welke dingen uit de natuur hebben deze vorm?
Waar kan je het mee vergelijken?
Bijv. Rietjes > pootjes van insecten of sprietjes van planten. Spons > koraal
Slide 12 - Tekstslide
Opdracht:
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Textuur van het materiaal:
Welke dingen uit de natuur hebben deze textuur?
Waar lijkt het op? Waar doet het aan denken?
Slide 15 - Tekstslide
Opdracht:
Slide 16 - Tekstslide
3. Uitvoeren
1. Kijk naar het materiaal. Maak samen meerdere schetsen van wat het zou kunnen worden. (min. 3 verschillende ideeën) 2. Kies één idee uit. Werk deze verder uit in een schetsontwerp in kleur. 3. Bespreek jullie idee met de docent. 4. Verzamel materialen en andere benodigdheden. 5. Bedenk hoe jullie het gaan maken. Wat eerst, wat daarna