Een reis met een doggybag

Online les II
bespreken huiswerk (tekst 3 + 4)
bespreken schrijfopdracht (e-mail)
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Online les II
bespreken huiswerk (tekst 3 + 4)
bespreken schrijfopdracht (e-mail)

Slide 1 - Tekstslide

Advertentie
Tekst 3 Een reis om de wereld in 177 foto's 

Slide 2 - Tekstslide

13) Wat is de belangrijkste functie van de afbeeldingen in deze advertentie?
De afbeeldingen
A
trekken de aandacht
B
voegen nieuwe inhouds-elementen aan de tekst toe
C
zijn nodig om de tekst te kunnen begrijpen
D
x

Slide 3 - Quizvraag

14) In de tekst onder de afbeeldingen en in de cirkel wordt gezegd dat het
boek Aarde op 1 gratis is.
Deze bewering in de advertentie is tegenstrijdig met de overige inhoud van de advertentie.
 Leg uit wat de tegenstrijdigheid is.

Slide 4 - Open vraag


15) Wat is het belangrijkste doel van deze advertentie?
De advertentie wil de lezer

A
aansporen een bedrag van minimaal € 39,95 aan het WNF te geven.
B
informeren dat Humberto Tan een boek met prachtige natuurfoto’s heeft gemaakt.
C
meedelen dat het boek Aarde op 1 slechts in beperkte oplage is gedrukt.
D
overtuigen dat we zuinig op de indrukwekkende natuur moeten zijn.

Slide 5 - Quizvraag

16) Op welke doelgroep richt deze advertentie zich vooral?
A
op mensen die apen willen beschermen
B
op mensen die fan zijn van Humberto Tan
C
op mensen die gratis een boek willen ontvangen
D
op mensen die het WNF willen steunen

Slide 6 - Quizvraag

Begrijpend lezen
Tekst 4 Doggybag: gedoe of steuntje in de rug?

Slide 7 - Tekstslide

17) Een tekst kan op verschillende manieren ingeleid worden.
bijvoorbeeld door
1 de aanleiding voor het schrijven van de tekst geven
2 een anekdote vertellen
3 een voorbeeld geven bij het onderwerp van de tekst
4 zijn eigen mening geven
Welke manieren worden in alinea 1 en 2 gebruikt om de tekst in te leiden?
A
1 en 2
B
1 en 4
C
2 en 3
D
2 en 4

Slide 8 - Quizvraag

18) Werken om voedselverspilling tegen te gaan, is meer dan een nobel streven. Het is een morele verplichting t.o.v. de hongerigen op de wereld en op termijn bittere noodzaak.” (regels 19-24) Wat is het verband tussen deze twee zinnen?
De tweede zin
A
geeft een gevolg van wat er in de eerste zin gesteld wordt.
B
geeft een uitwerking bij wat er in de eerste zin gesteld wordt.
C
geeft een voorbeeld bij wat er in de eerste zin gesteld wordt.
D
vormt samen met de eerste zin een opsomming.

Slide 9 - Quizvraag

19) Volgens alinea 3 is werken om voedselverspilling tegen te gaan op termijn bittere noodzaak. De schrijver geeft in deze alinea twee redenen voor deze noodzaak.
 Citeer de woordgroep waarin deze twee redenen aangegeven worden.

Slide 10 - Open vraag

20) Citeer de zin uit alinea 4 die het duidelijkst aangeeft waarom de grote voedselverspilling een probleem is.

Slide 11 - Open vraag

21) De schrijver noemt in alinea 5 en alinea 6 drie verschillende redenen waarom de doggybag in Nederland nog niet gebruikelijk is.
 Noteer deze drie redenen.

Slide 12 - Open vraag

22) De schrijver gelooft niet dat een doggybagwet echt verschil gaat maken bij onwillige restauranthouders. Toch vindt hij dat zo’n wet er wel moet komen.
 Citeer de zin uit alinea 7 die het duidelijkst zijn argument hiervoor weergeeft.

Slide 13 - Open vraag

23) “Die hebben toch al zoveel op hun bord.” (regels 79-80)
Deze zin kan zowel letterlijk als figuurlijk bedoeld worden.
 Leg uit wat de figuurlijke betekenis is.
Gebruik voor je antwoord maximaal 10 woorden.

Slide 14 - Woordweb

24) Een schrijver kan een tekst op verschillende manieren afsluiten:
1 door een aanbeveling te doen
2 door een conclusie te trekken
3 door een samenvatting te geven
4 door een toekomstverwachting te geven
5 door een waarschuwing te geven
 Welke drie manieren vind je terug in alinea 8? vb a, b en c

Slide 15 - Open vraag

25) Wat is het belangrijkste doel van de schrijver van deze tekst?
De schrijver wil
A
de Nederlandse lezer informeren over de doggybagwet.
B
de Nederlandse lezer overtuigen van het belang van een doggybagwet.
C
de Nederlandse overheid informeren over het gebruik van een doggybag.
D
de Nederlandse overheid overtuigen van het belang van een doggybag.

Slide 16 - Quizvraag

26) Hoe kun je de hoofdgedachte van deze tekst het beste weergeven?
A
De Franse overheid voldoet aan haar morele verplichting t.o.v. alle hongerigen op de wereld met de doggybagwet.
B
Het invoeren van een doggybagwet is de oplossing voor het voedselprobleem veroorzaakt door het Westen.
C
Het invoeren van een doggybagwet kan mensen steunen in de strijd om voedselverspilling tegen te gaan.
D
Restauranthouders in Nederland zouden hun klanten sneller een doggybag mee moeten geven.

Slide 17 - Quizvraag

Zakelijk schrijven
Schrijfopdracht 
zakelijke e-mail

Slide 18 - Tekstslide

Informatie 
Afgelopen weekend ben je met je familie uit eten geweest bij het nieuwe restaurant Heerlijk in jouw woonplaats. Je had bijzonder goede verhalen gehoord over het eten en die klopten inderdaad. Het eten was niet alleen bijzonder lekker, het was ook erg veel. Aangezien je het zonde vond dat het overgebleven eten weggegooid zou worden, besloot jij om een
doggybag te vragen.
Je vroeg de ober vriendelijk of jullie het overgebleven eten mee konden krijgen in een doggybag, maar zijn reactie was niet positief. Hij moest erg lachen om je verzoek en negeerde het daarna. Toen je je vraag herhaalde en zei dat jullie toch betaald hadden voor het eten, werd hij erg geïrriteerd en reageerde kortaf. Daarna werkte hij jullie zo snel mogelijk het restaurant uit.

Nu het een paar dagen later is, ben je eigenlijk best wel boos dat er niet serieus op je verzoek om een doggybag is gereageerd. Je bent allereerst boos omdat je geen doggybag gekregen hebt en daarnaast ook omdat je vindt dat je niet op een juiste manier behandeld bent. Aangezien je het eten wel erg lekker vond en er zeker nog vaker wilt gaan eten, besluit je dan ook om een e-mail naar de manager van het restaurant te sturen, waarin je je klachten uitlegt en vraagt om een oplossing. Op internet heb je de naam van de manager en het e-mailadres van restaurant Heerlijk gevonden. 

Slide 19 - Tekstslide

De opdracht 
Schrijf de e-mail aan de manager, mevrouw Amanda Groen. Een aantal gegevens is al voorgedrukt in de uitwerkbijlage. Vermeld het onderwerp van je e-mail in de onderwerp-regel. 

Gebruik voor je e-mail de gegevens op de vorige bladzijde en eventueel de tekst ‘Doggybag: gedoe of steuntje in de rug?’. Gegevens die niet in de opdracht staan, moet je zelf bedenken. 
Besteed in jouw e-mail aandacht aan de volgende punten:
 

Slide 20 - Tekstslide

Besteed in jouw e-mail aandacht aan de volgende punten:
 de aanleiding om de e-mail te schrijven: klachten over je bezoek aan Heerlijk;
 informatie over wanneer en met wie je in het restaurant gegeten hebt;
 datgene van het restaurantbezoek waar je heel positief over bent;
 het eerste punt waar je ontevreden over bent;
 een korte uitleg bij dit punt;
 het tweede punt waar je ontevreden over bent;
 een korte uitleg bij dit punt;
 een mogelijke oplossing voor elk punt waarover je ontevreden bent;
 een verzoek om een reactie binnen twee weken.

Slide 21 - Tekstslide

Let op!
Sluit je e-mail af met ‘Met vriendelijke groet,’ en je eigen voor- en achternaam.

Let erop dat je in je e-mail vriendelijk en beleefd blijft, ook al ben je best geïrriteerd door de gang van zaken.

Let op: Zorg ervoor dat je tekst minimaal uit 100 woorden bestaat. Bij minder dan 100 woorden krijg je geen punten voor taalgebruik.

Slide 22 - Tekstslide

Huiswerk
- je opent in magister het document dat ik daar voor je heb klaargezet; 
- download deze in jouw Office365;
- in dat document schrijf je de e-mail; 
- vervolgens upload je jouw document weer in magister;
- op die manier kan ik jou feedback geven op jouw werk
- uiterlijke inlevermoment: vrijdag 18 december voor 12.45u.  

Slide 23 - Tekstslide