1.4 Onrust na de oorlog (deel 2) 2021

P1.4: Onrust na de oorlog
Wat als....
Wat zou er gebeurd zijn als Duitsland het Verdrag van Versailles niet had ondertekend?

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

P1.4: Onrust na de oorlog
Wat als....
Wat zou er gebeurd zijn als Duitsland het Verdrag van Versailles niet had ondertekend?

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  1. Terugblik
  2. Lesdoelen P1.4
  3. Onrust op politiek gebied in Europa
  4. Aan de slag
  5. SO bespreken 

Slide 2 - Tekstslide

De Weimar Republiek

Vrede door democratie

Veel opstanden --> Dolkstootlegende, Spartacus opstand

Lukken deze opstanden? 

Slide 3 - Tekstslide

Verdrag van Versailles 
Wat stond er in dit verdrag van Versailles? 

  1. Duitsland was hoofdschuldige aan de oorlog
  2. Duitsland moest enorme herstelbetalingen betalen
  3. Duitsland moest stukken grondgebied afstaan (in en  buiten EU)
  4. Duitsland moest zich ontwapenen 
  5. Grensgebied verboden voor soldaten van DUI

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Welke economische problemen had Duitsland in de jaren 20?
  • Welke onrust heerste er in de rest van Europa?


Slide 5 - Tekstslide

De Weimar Republiek
- Naast politieke problemen ook economische tegenslagen

- Duitsland kan niet meer aan de herstelbetalingen voldoen -> Frankrijk en België nemen het Ruhrgebied in. 

'Als niet met geld, dan maar in natura!'


Slide 6 - Tekstslide

De Weimar Republiek

- Stakende Duitsers worden doorbetaald door de regering. 

- Geld bijdrukken --> hyper inflatie


Slide 7 - Tekstslide

Inflatie
1 gram = €15
Ik ben kei slim ik druk gewoon twee keer zoveel geld dan ben ik ook twee keer zo rijk!
1 gram = €30

Slide 8 - Tekstslide

De Weimar Republiek
Duitse mark is niets meer waard

Slide 9 - Tekstslide

Dawesplan
- Amerika was medio jaren 20 de grootste economie van de wereld.

- Amerika had weinig geleden aan de oorlog

- Waarom eigenlijk niet? 

De Amerikanen gaan Duitsland helpen!


Slide 10 - Tekstslide

De Weimar Republiek
Lening 
Dawesplan

Slide 11 - Tekstslide

De Weimar Republiek
Lening 
Dawesplan
Herstelbetalingen

Slide 12 - Tekstslide

De Weimar Republiek
Lening 
Dawesplan
Herstelbetalingen
Leningen aflossen

Slide 13 - Tekstslide

De roerige jaren '20
- De stabiliteit en economische zekerheid in Europa wordt beter.(P1.5 komt het tot een crisis!)

- Tijdperk van Jazz

- Films en fotografie

Slide 14 - Tekstslide


Fascisme

  • Fascisme is een politieke stroming, 
  • Wordt ook wel extreem-rechts genoemd

  • De naam komt van het voorwerp dat je hier ziet: een fasces
  • Dit voorwerp, een bijl met takken, stond symbool voor de macht van bestuurders in het Romeinse Rijk.
Onrust door '-ismen' (ideologie)

Slide 15 - Tekstslide


Benito Mussolini


  • Leider, of 'Il Duce',  van Italië (1922-1943)
  • Oprichter van de Fasci di Combattimento (Zwarthemden, knokploegen)

  • Na de Eerste Wereldoorlog en de Vrede van Versailles was er veel onvrede, en dat kwam door de onderhandelingen van de 'slechte' Italiaanse regering.

Slide 16 - Tekstslide

Fascisme in Europa
  • 'Oplossing voor de crisis'

  • Populair in de jaren ’20 en ’30 van de 20e eeuw

  • Antwoord op slecht beleid van de democratische regeringen

  • Niet alleen in Italië of Duitsland (NSDAP), ook in Engeland (BUF) en Nederland (NSB)

Slide 17 - Tekstslide

Oswald Mosley (Engeland)
Anton Mussert (Nederland)

Slide 18 - Tekstslide


Francisco Franco

  • Caudillo de España por la Gracia de Dios (leider van Spanje bij de Gratie Gods)
  • Fascistische dictator van Spanje tussen 1939 en 1975(!), die een einde aan de Spaanse Burgeroorlog (1936-1939) maakte.

  • Historici zijn het er overigens niet over eens of Franco daadwerkelijkin het rijtje van fascistische leiders als Mussolini en Hitler hoort.


Slide 19 - Tekstslide

Kenmerken van fascisme (1)
  • Fascisme is overal tegen: vooral dingen die vreemd zijn en andere culturen

  • Fascisme is anti-democratisch: het volk hoeft niet mee te praten

  • Er is één leider. Hij bepaalt wat goed is. (Leidersbeginsel/Führerbeginsel)

Slide 20 - Tekstslide

Kenmerken van fascisme (2)

  • Fascisme is nationalistisch: de eigen staat boven alles

  • Fascisme gaat uit van ongelijkheid tussen mensen: 
  • de hoogontwikkelden moeten de laagontwikkelden leiden. 
  • (Het recht van de sterkste: Sociaal-Darwinisme)


Slide 21 - Tekstslide

Kenmerken van fascisme (3)

  • Niet denken maar doen. Gevoel is belangrijker dan denken.

  • Geweld is goed: geen woorden maar daden

  • De vrouw is ondergeschikt: haar taak is het krijgen van kinderen.

Slide 22 - Tekstslide

Video
Clipphanger: Wat is fascisme?

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Aan de slag
Maken: P1.3 opdrachten 9 t/m 14
Bespreken SO



Slide 25 - Tekstslide