zelfstudie blok 2

Doel hoofdstuk 20

Je leert wat koppelwerkwoorden zijn en hoe je het naamwoordelijk gezegde herkent in een zin. 

Het naamwoordelijk gezegde hoort bij het redekundig ontleden. 

Check je doelen op blz. 85
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 37 slides, met tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Doel hoofdstuk 20

Je leert wat koppelwerkwoorden zijn en hoe je het naamwoordelijk gezegde herkent in een zin. 

Het naamwoordelijk gezegde hoort bij het redekundig ontleden. 

Check je doelen op blz. 85

Slide 1 - Tekstslide

Werkwijze
  • Lees de ppt's hieronder en bekijk de uitlegvideo in drillster. 
  • Lees de theorie van blz. 82 en blz. 84.
  • Bekijk eventueel de drie filmpjes onder de ppt.
  • Maak daarna de opdrachten.  

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Opdrachten
Maak de volgende opdrachten:
1
2
3
5
6
7*

Slide 20 - Tekstslide

Doel hoofdstuk 21
Dit hoofdstuk behandelt een deel dat hoort bij het taalkundig ontleden. 
Je leert weer een aantal woorden taalkundig te benoemen:
  • wederkerend voornaamwoord
  • vragend vnw
  • onbepaald vnw
  • telwoord

Slide 21 - Tekstslide

Werkwijze
Bekijk de ppt hieronder en bekijk de uitlegvideo op drillster. 
Lees de theorie op blz. 86 en 88.
Bekijk eventueel het filmpje over de telwoorden onder de ppt. 
Maak vervolgens de opdrachten. 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Video

Opdrachten
Maak de volgende opdrachten:
1
2
3 Benoem allen voornaamwoorden, dus ook die uit het vorige blok. 
4* en 5*

9
10
11


Slide 37 - Tekstslide