Nederland was voor een groot deel toendra: gras, mos en lage struiken
Wilde dieren: mammoeten, wolven, paarden en rendieren
Er woonden ongeveer 1000 mensen in Nederland
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Op jacht!
De mensen trokken in de Steentijd het eten achterna.
Ze aten wat er in de omgeving te vinden was.
Gereedschap maken
Gereedschap maakten de mensen zelf.
Van hout, steen, riet of bot.
Een vingerkootje werd een naald, een schedel werd een kommetje.
Pijl en boog
De scherven van de vuursteen werden pijlpunten.
Ben je zuinig op een pijl die je zelf moet maken?
Slide 15 - Tekstslide
Bizon...bijzonder!
Een uitgestorven diersoort, waar je lekker van kon eten.
Familie van de koe. Boezonder...
Samen sta je sterk!
De rondtrekkende volken, de nomaden, reisden in groepen rond. Dat is veiliger dan in je eentje.
Uitgestorven diersoorten
Je ziet hier een sabeltandtijger en een mammoet. Beide zijn uitgestorven. Welke diersoorten zijn er over 50 jaar niet meer?
Bijen? Walvissen? Olifanten?
Zoek ze allemaal
Kan jij de 6 diersoorten vinden?
Overleven
Je bent afhankelijk van de natuur. Is het winter, dan is er minder eten. Misschien ga je wel leren vissen. In de zomer is er juist meer eten.
Je eet wat je kunt vinden, anders ga je dood.
Slide 16 - Tekstslide
Verwonder
plaat
Jagers
Het eten staat niet stil, ze moeten erachteraan. Jagen! En wat je vangt gaat mee naar huis!
Huizen of hutten?
Dit zijn tijdelijke hutten. Is het eten op, dan gaan de bewoners op zoek naar een andere plek. Dan trekken de bewoners weg. Die mensen noem je geen zwervers, maar nomaden.
Wie doet wat?
Vrouwen verzamelden groente en noten, maakten de huizen, verzorgden de kinderen, kookten het eten.
De mannen gingen op jacht naar vlees.
Maar wat hebben ze aan hun voeten? Om hun lichaam?
Slide 17 - Tekstslide
Potten bakken
Klei uit de rivier kon een mooie kom of kruik worden. Niet te dun, het moet tegen een stootje kunnen. Afbakken in de zon of bij het vuur...