In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Krachten berekenen
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoelen:
Krachten tekenen
Uitleggen en in een diagram tekenen wat evenwicht is
Een resultante kracht
berekenen en een diagram
tekenen.
Slide 2 - Tekstslide
Soorten krachten
Slide 3 - Woordweb
Evenwicht van krachten:
Nettokracht = NUL Newton
Dan verandert de snelheid van de beweging niet.
Stilstaan blijft stilstaan
Bewegen blijft met dezelfde snelheid in dezelfde richting blijven bewegen
Slide 4 - Tekstslide
phet.colorado.edu
Slide 5 - Link
Waar bevindt zich bij een voorwerp het zwaartepunt
A
Aan de randen
B
In het midden
C
waar het voorwerp in evenwicht is
D
Nergens
Slide 6 - Quizvraag
Krachten in dezelfde beweegrichting...
worden bij elkaar geteld.
Slide 7 - Tekstslide
Krachten in tegenovergestelde richtingen...
worden van elkaar afgetrokken.
Krachten
Resultante kracht
Slide 8 - Tekstslide
Vector
Een vector heeft grootte,
richting en een aangrijpingspunt.
We tekenen een vektor met een pijl:
De lengte van de pijl geeft de grootte van de kracht aan.
De richting van de pijl geeft de richting van de kracht aan.
De beginpunt van de pijl is de aangrijpingspunt.
Slide 9 - Tekstslide
Stappen voor vectordiagram
Stap 1 – Kies een krachtenschaal
(b.v. 1 cm = 5N, dus 15 N = 3 cm)
Stap 2 – Denk goed na over het aangrijpingspunt, en richting. Stap 3 – Teken de kracht
Voorbeeld: Teken een kracht van 60N naar rechts.
Schaal 1cm = 10 N
Slide 10 - Tekstslide
Evenwicht
Als twee evengrootte krachten in tegenovergestelde richtingen werken. B.v. een boek op tafel.
Normaalkracht
Zwaartekracht
Als krachten in evenwicht zijn dan zeggen we de resultante kracht
is 0 N
(Fr)
Slide 11 - Tekstslide
Resultante kracht
De optelsom van alle krachten samen.
Ook wel genoemd: resulterende kracht, netto kracht of somkracht.
(Fr)
Slide 12 - Tekstslide
Welke drie dingen zijn belangrijk bij het tekenen van een kracht?
Slide 13 - Open vraag
Vaardigheid: krachtendiagram tekenen
Stap 1 – Kies een krachtenschaal
(b.v. 1 cm = 5N, dus 15 N = 3 cm)
Stap 2 – Denk goed na over de aangrijpingspunt, en richting.
Stap 3 – Teken de kracht
Voorbeeld 1: Teken een kracht van 1 800 N naar rechts
Slide 14 - Tekstslide
opdracht 1
Tijdens een touwtrek kompetitie trekt Koos met een kracht van 340 N naar links, en Piet met een kracht van 360 N naar rechts. Bereken de resultante kracht en laat vervolgens alle krachten in een krachten diagram zien.
Slide 15 - Tekstslide
Opdracht 1
F1 - F2 = FR
360 - 340 = 20N
FR = 20N
.
.
.
Slide 16 - Tekstslide
Resulterendekracht
Bereken resulterende kracht. FR = 4 cm
Slide 17 - Tekstslide
Rersulterendekracht
Eigenschappen van krachten en vectoren
Construeer de resulternde kracht.
Bereken met de schaal de resulterende kracht.
Slide 18 - Tekstslide
Sleepboten
Een groot schip wordt door 2 sleepboten voortgesleept.
Laat met een constructietekening zien dat de richting waarin het schip gesleept wordt recht naar voren is.
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
In welke situatie is de resulterende kracht het grootste