In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Huiswerk vorige les:
- Lezen H7.2 frequentie
- Maken online werkboek opgave 18 en 27
Huiswerk volgende les:
- Maak een samenvatting van heel H7.2
Zie planner ItsLearning!
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we vandaag doen?
Je kunt uitleggen wat er bedoeld wordt met frequentie
Je gaat uitzoeken wat het verband is tussen frequentie en toonhoogte
Nodig: lange liniaal
Slide 2 - Tekstslide
Wat wordt er bedoeld met frequentie.
Slide 3 - Open vraag
Proef 5:
- Nodig een platte liniaal (anders een geodriehoek, maar dan zie je het niet zo goed...)
Meedoen:
- Zelf uitvoeren
- Onderzoeksvraag beantwoorden
Geen liniaal of zelf even checken of je het goed doet?
Bekijk dan een kort video fragment waarin de docent de proef uitvoert.
(Link in de Teams chat)
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
De hoogte van de toon heeft te maken met de frequentie van het geluid.
Frequentie: aantal trillingen per seconde
Onderzoeksvraag:
Welk verband is er tussen het aantal trillingen per seconde (de frequentie) en de hoogte van een toon?
Slide 6 - Tekstslide
Uitvoering:
1. Duw de liniaal met je hand stevig op de tafel. 2. Zorg ervoor dat je liniaal ongeveer 15 cm buiten de tafel uitsteekt.
3. Breng het uiteinde in trilling.
4. Herhaal dit op 10 en 5 cm.
5. Beantwoord de volgende vragen voor 15-10-5 cm: Hoor je verschil in geluid?
Bij welke afstand trilt de liniaal het snelst?
Bij welke afstand is het geluid van de liniaal het laagst?
6. Schrijf je conclusie op: Welk verband is er tussen het aantal trillingen per seconde (de frequentie) en de hoogte van een toon?
Slide 7 - Tekstslide
Beantwoord de volgende vragen voor 15-10-5 cm: 1. Hoor je verschil in geluid? 2. Bij welke afstand trilt de liniaal het snelst? 3. Bij welke afstand is het geluid van de liniaal het laagst? Schrijf je conclusie op: 4. Welk verband is er tussen het aantal trillingen per seconde (de frequentie) en de hoogte van een toon?
timer
10:00
Slide 8 - Open vraag
Slide 9 - Video
Hoe korter de liniaal uitsteekt over de tafel: 1. hoe hoger het geluid 2. hoe sneller de trillingen
Hoe sneller de trillingen, hoe meer trillingen er in 1 seconde passen.
De frequentie van geluid is het aantal trillingen per seconde.
Hoe groter de frequentie, hoe hoger de toon klinkt.
De frequentie wordt uitgedrukt in hertz (Hz).
128 Hz = 128 trillingen per seconde
Dus een geluid met een frequentie van 400Hz geeft een hogere toon dan een geluid met een frequentie van 128Hz.