Examentraining

Examentraining Nederlands
Stanislas Pijnacker
Mavo 4 - 2024/2025
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Examentraining Nederlands
Stanislas Pijnacker
Mavo 4 - 2024/2025

Slide 1 - Tekstslide

Waarom heb je je voor examentraining Nederlands aangemeld en wat verwacht je ervan?

Slide 2 - Open vraag

 CSE Nederlands
Maandag 12 mei 13:30-15:30
1e tijdvak


Leesvaardigheid
Schrijfvaardigheid

Slide 3 - Tekstslide

Wat krijg je op het examen?
  1. tekst -> circa 20 minuten
  2. tekst -> circa 25 minuten
  3. Advertentietekst -> circa 10 minuten
  4. tekst -> circa 30 minuten
  5. Schrijfopdracht -> circa 30 minuten

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Meerkeuzevragen

Stap 1: Lees eerst alleen de vraag.
Stap 2: Lees nog een keer het tekstgedeelte.
Stap 3: Zoek in de tekst zelf het antwoord op de vraag.
Stap 4: Vergelijk jouw antwoord met de antwoorden bij de vraag.
Streep de antwoorden weg die niet goed zijn. Kies het beste antwoord.

Slide 9 - Tekstslide

Open vragen
Leg uit / Verklaar: geef een uitleg in je eigen woorden. Schrijf dus geen zinnen uit de tekst over.
Noem twee ... / Welke twee ...: schrijf dan twee dingen op. Niet meer, alleen de eerste twee worden nagekeken.
Citeer een zin: schrijf de eerste twee woorden van een zin op en de laatste twee woorden. Daartussen gebruik je drie punten.
Zet het regelnummer tussen haakjes. "Het is ... tekst over." (r.23)

Slide 10 - Tekstslide

Samenvattingsvragen
Sommige vragen op het CE zullen over samenvatten gaan. Deze vragen toetsen of je: 

  • hoofdzaken in een tekst kunt herkennen; 
  • hoofdzaken van bijzaken kunt onderscheiden;
  • tekstgedeelten in de juiste volgorde kunt zetten. 

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld samenvattingsvraag

Slide 12 - Tekstslide

Waar vind je de hoofdgedachte?

Slide 13 - Open vraag

Wat is een deelonderwerp?
A
Het onderwerp van een tekst
B
Het onderwerp van een alinea
C
een aspect van het hoofdonderwerp
D
de belangrijkste zin van een alinea

Slide 14 - Quizvraag

Om het onderwerp van een tekst te vinden, stel je de vraag:
A
Wat vindt de schrijver van de tekst?
B
Waar gaat deze tekst over?
C
Wat vind ik van de tekst?

Slide 15 - Quizvraag

Het onderwerp van de tekst noteer je in:
A
Een paar woorden.
B
Een hele zin.
C
In twee of meer zinnen.

Slide 16 - Quizvraag

Dit deel kan aangeven waar de tekst over gaat...maar kan ook nieuwsgierig maken.
A
titel
B
kernzin
C
onderwerp
D
alinea

Slide 17 - Quizvraag

Welke zin is meestal de kernzin van een alinea?
A
de eerste zin
B
de laatste zin
C
de eerste of de laatste zin
D
het tussenkopje

Slide 18 - Quizvraag

Algemene tips CSE Nederlands
Oefen oude examens op www.examenblad.nl 
Kies voor de recentere jaartallen vmbo TL. 
Leer echt de theorie uit het boek en vanuit de Lessonup lessen.  
Lees de vragen goed! 
Als er wordt gevraagd om een citaat: citeer dan ook. 
"Eerste twee ... laatste twee" (r....) 
Als er wordt gevraagd: "geef antwoord in maximaal 20 woorden" schrijf dan ook echt maar 20 woorden op. 
Let op de tijd! Je hebt 120 minuten om je examen af te ronden.
Dus: train jezelf! 

Slide 19 - Tekstslide

Advertentie
  • Commerciële of ideële reclame; 
  • Beeld in advertenties;
  • Doelgroep; 
  • Tekstdoel advertentie.

Slide 20 - Tekstslide

Advertentie          
Illustraties kunnen verschillende functies hebben. 
- Helpen bij het begrijpen van de tekst
- Bedoeld om aandacht te trekken
- Noodzakelijke toevoeging
- Ter 'versiering'
Lettertypes
- belangrijk bij de opmaak van de tekst.
- Belangrijk voor de nadruk
Lees sowieso de volledige tekst; laat je niet afleiden door alle andere informatie

Slide 21 - Tekstslide

 Advertentie
Commerciële of ideële reclame

Slide 22 - Tekstslide

Beeld in advertentie
Mogelijke functies van beeld in een advertentie zijn; 
  • Aandacht trekken; 
  • Informatie toevoegen; 
  • De naam van de advertentie toelichten;
  • De tekst verduidelijken. 

Slide 23 - Tekstslide

Tekstdoel advertentie
Het tekstdoel van een advertentie kan zijn: 
  • De lezer aansporen/activeren om iets te kopen of te doen; 
  • De lezer amuseren; 
  • De lezer informeren; 
  • De lezer overtuigen; 
  • De lezer een mening laten overnemen. 
Vaak heeft een advertentie meerdere doelen. Het meest voorkomende tekstdoel is: aansporen/activeren/tot handelen aansporen. 

Slide 24 - Tekstslide

Hoe citeren we? Vier opties. 
-Citeer de hele zin: dan citeer je de hele zin, tussen aanhalingstekens.

Ook goed: Noteer de eerste en laatste twee woorden van de zin, met drie puntjes er tussen. Begin en eindig met aanhalingstekens.

Bijvoorbeeld: “Dat maakt…de conclusie.”




Slide 25 - Tekstslide

Hoe citeren we?
-Citeer een woordgroep: dan citeer je een ‘plukje’ woorden, vaak een zinsdeel

-Citeer een zinsgedeelte: je citeert een deel van de zin.
"Er wordt hard aan gewerkt", zei de burgemeester.

-Citeer een woord: dan citeer je één woord (dus geen twee)

Slide 26 - Tekstslide

Citeer straks op de juiste wijze de kernzin
van dit tekstje.
Forse kritiek op Britse premier na dragen populaire Adidas-sneakers: ‘Heeft de look voor iedereen verpest’


Rishi Sunak (43) heeft kritiek gekregen uit onverwachte hoek. Fans van de Samba-schoenen van het merk Adidas kunnen het niet waarderen dat de Britse premier de populaire sneaker droeg tijdens een interview. De premier heeft zich intussen verontschuldigd aan alle liefhebbers. ,,Maar’’, zo zegt hij, ,,ik ben ook al jaren een toegewijde fan van het merk.’’ Bron: www.ad.nl. 

Slide 27 - Tekstslide

Citeer nu de kernzin.

Slide 28 - Open vraag

Slide 29 - Video

Oefenexamen
-We lezen nu samen tekst 1 - 'Zo kom je van uitstelgedrag af' op pagina 251 in de Examenbundel.
-Tijdens het lezen markeer je kernzinnen, omcirkel je signaalwoorden en noteer je eventueel bijzonderheden in de kantlijn. 
-Daarna maken we vraag 1 tot en met 9 op pagina 253-254. 

-Klaar? Maak ook vraag 19, 20 en 21 op pagina 259
-Nakijken? Check de antwoorden, vanaf pagina 265. 

Slide 30 - Tekstslide

Schrijfopdracht
- Artikel
- Zakelijke mail
- Zakelijke brief

Slide 31 - Tekstslide

13 punten:
  •  Inhoud: 6 pnt
Alle punten die gevraagd worden, moeten in je schrijfopdracht zitten. Elk onderdeel dat niet of niet goed in je tekst staat, kost je een punt.

  • Taalgebruik: 5 pnt
Met taalgebruik wordt bedoeld: formulering, spelling en interpunctie.

  •  Presentatie: 2 pnt
Je tekst moet overzichtelijk en volgens de afgesproken regels (=conventies) geschreven zijn.

Slide 32 - Tekstslide

Zakelijke e-mail

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Artikel

Slide 35 - Tekstslide

Titel Artikel

  • Inleiding
  • Kern
  • Slot


Naam
Klas




Slide 36 - Tekstslide

Zakelijke brief 

Slide 37 - Tekstslide

Overige tips schrijfopdrachten
  • De tekst moet uit minimaal 100 woorden bestaan. Anders krijg je geen punten voor  conventies. 
  • Haal zoveel mogelijk informatie uit de situatieschets. 
  • Schrijf zoveel mogelijk woorden over uit de situatieschets. Hiermee beperk je het risico op taalfouten.  
  • Schrijf alleen in de opdracht wat er echt moet staan. Ga er niet zelf informatie bij verzinnen. 
  • Houd je aan de opdracht
  • Elke zin begint met een hoofdletter en eindigt met een punt.
  • Maak de zinnen niet te lang (en ingewikkeld). 

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Video

Slide 40 - Video

Schrijfopdracht - Wie schrijft die blijft
-Jullie zien zo enkele kaarten die ruim honderd jaar geleden vanaf het front zijn verstuurd. 
-Jullie gaan zo vanaf het front een artikel of mail schrijven (kies één van de twee)
-Het artikel is voor de lokale krant van je woonplaats, de mail is voor je familie.
-Vermeld hierin wat je moet vermelden (zie volgende sheet), hou je aan de regels voor een mail/artikel en let op taalverzorging. 

Slide 41 - Tekstslide

Schrijfopdracht
Vermeld in je mail/artikel het volgende:
-Hoelang je er al bent
-Hoe het daar is (omschrijving situatie)
-Twee redenen waarom ze zich thuis geen zorgen hoeven te maken
-Eén leuke ervaring
-Je verwachting voor de komende periode

Vergeet niet om onderaan je naam en eenheid te vermelden. 

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Link

De volgende dia's zijn extra

Slide 44 - Tekstslide

Jan Postma
Halmersinge 21
9477 BK Haren

Haren, 17 mei 2021

CSG Augustinus
t.a.v. dhr. Tulner
Admiraal de Ruyterlaan 37
9751 AH Groningen

Betreft: klacht, sollicitatie, informatiepakket aanvragen, gastles

Geachte heer Tulner,

Inleiding: Mijn naam is…. (jezelf voorstellen) + Deze brief schrijf ik, omdat (waarom schrijf je deze brief?)
Kern: Alle informatie (zie opdracht)
Slot: (Verwachting, netjes afsluiten) Graag zie ik een reactie binnen twee weken tegemoet.

Met vriendelijke groet,
(Handtekening)
Jan Postma












Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Video

Slide 47 - Video

Slide 48 - Tekstslide

Slide 49 - Link

Slide 50 - Link