Vrede spreekt niet vanzelf - les 4: Oorlog en vrede

Aardrijkskunde thema 4
 
Quiz over les 4 en 5 
(en een terugblik)
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Aardrijkskunde thema 4
 
Quiz over les 4 en 5 
(en een terugblik)

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een burgeroorlog?
A
Een oorlog tussen twee landen
B
Een oorlog tussen groepen mensen in één land
C
Een oorlog tussen twee continenten

Slide 2 - Quizvraag

Bij oorlog wordt de strijd altijd met wapens uitgevochten.
A
waar
B
niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Hoe heet de bekende dictator uit Duitsland die zichzelf superieur vond?

Slide 4 - Open vraag

Een oorlog kan beginnen om...
A
meer macht en meer grondgebied te krijgen
B
meer grondgebied te krijgen
C
dat het land jaloers is op de rijkdom van een buurland
D
dat het land jaloers is op de rijkdom van een buurland en het meer macht en grondgebied wilt krijgen.

Slide 5 - Quizvraag

Kunnen waardevolle grondstoffen een bron van ruzie zijn?
A
ja
B
nee

Slide 6 - Quizvraag

Noem twee volken uit Rwanda die regelmatig conflicten met elkaar hebben omdat zij vooroordelen hebben over elkaar.

Slide 7 - Open vraag

Tot welk land behoorden Servië, Bosnië en Kroatië vroeger?
A
USSR
B
Joegoslavië
C
Hongarije
D
Kazachstan

Slide 8 - Quizvraag

In welk land zijn er regelmatig grote conflicten om grondgebied?
A
Israël
B
Joegoslavië
C
Duitsland
D
Kroatië

Slide 9 - Quizvraag

Ongelijke rechten voor arm en rijk kunnen een reden zijn voor om een oorlog te beginnen.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Oorlog gaat altijd om macht en bezit. Als mensen niet jaloers zouden zijn op elkaars macht of rijkdom, zou er nooit oorlog zijn.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Als er ergens wordt gevochten, moeten mensen vluchten voor hun leven. Ze worden opgevangen in...

Slide 12 - Open vraag

Hulporganisaties zetten zich in voor mensen in oorlogsgebieden. Welke twee hulporganisaties werden genoemd in je boek?
A
Rode Kruis Artsen zonder Grenzen
B
Artsen zonder grenzen Rode Halve Maan
C
Rode Halve Maan Rode Kruis
D
Rode Kruis Unicef

Slide 13 - Quizvraag

Wat doen de genoemde hulporganisaties niet?
A
verzorgen van gewonden
B
voedselpakketten, tenten en dekens uitdelen
C
elektriciteit aanleggen
D
voorkomen dat besmettelijke ziektes in het kamp uitbreken

Slide 14 - Quizvraag

Is het helpen zoeken naar familieleden of vrienden die ze in de chaos zijn kwijtgeraakt ook een taak van een hulporganisatie?
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quizvraag

Op welke manieren helpen hulporganisaties kinderen de oorlog verwerken?

Slide 16 - Open vraag

Welke van de twee oorlogen zal het meest in het nieuws zijn?
A
oorlog waarbij Amerikaanse en Europese soldaten betrokken zijn
B
oorlog tussen twee volken in een arm en moeilijk bereikbaar land ergens in Azië

Slide 17 - Quizvraag

Pak nu je boek op bladzijde 78 en 79 erbij... 

...de volgende vragen gaan over les 5

en ook een beetje over de inhoud van les 1, 2 en 3 ;-)

Slide 18 - Tekstslide

Op de kijkplaat is sprake van een volk? Hoe zie je dat?
A
de mensen
B
de vlaggen
C
de omgeving

Slide 19 - Quizvraag

Waar demonstreert de grote groep?
A
Frankrijk
B
Duitsland
C
Nederland
D
China

Slide 20 - Quizvraag

Toelichting
De foto is genomen op de Dam in Amsterdam op 8 juli 2009. Oeigoeren protesteren tegen de ondrukking van hun volk in China. Aan de Nederlandse teksten zie je dat het protest in Nederland plaatsvindt.

De Oeigoeren zijn een Turks volk dat leeft in het westen van China, in de provincie Xinjiang, het vroegere Oost-Turkestan. Dit gebied werd in 1949 door China ingelijfd. Van oorsprong zijn de Oeigoeren een nomadisch volk. In de 15e eeuw bekeerden zij zich tot de Islam.

De Oeigoeren worden door de Chinese machthebbers gediscrimineerd en onderdrukt, zoals dat ook met de Tibetanen gebeurt.

Slide 21 - Tekstslide

Wat hoort niet bij een democratie?
A
verkiezingen
B
gekozen leider
C
niet alle grondrechten
D
regering controleert het leger

Slide 22 - Quizvraag

Wat hoort niet bij een dictatuur?
A
rechters zijn niet onafhankelijk
B
zelfgekozen leider
C
geen vrijheid van meningsuiting
D
persvrijheid

Slide 23 - Quizvraag

In Noord-Korea mag niemand contact hebben met de buitenwereld
A
waar
B
niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Saddam Hoessein was de leider van Irak. Hij greep in 1979 zelf de macht.
A
waar
B
niet waar

Slide 25 - Quizvraag

rechten
plichten
je mag zeggen wat je wilt
alle kinderen van vijf tot en met achttien jaar moeten naar school
iets wat je hoort te doen
in wetten vastgelegde regels over wat je mag doen of hebben.

Slide 26 - Sleepvraag

Saudi-Arabië ligt ten ... van Irak
A
noorden
B
zuiden
C
oosten
D
westen

Slide 27 - Quizvraag

Venezuela ligt ten ... van Colombia.
A
zuiden
B
zuidwesten
C
noorden
D
noordoosten

Slide 28 - Quizvraag

Welk land is het grootst?
A
Nieuw-Zeeland
B
Vietnam
C
Canada
D
India

Slide 29 - Quizvraag

Wanneer vieren we Bevrijdingsdag?
A
1 mei
B
4 mei
C
5 mei
D
20 april

Slide 30 - Quizvraag

Wat zijn de Apaches?
A
Nomaden
B
Indianen
C
Slavische volkeren
D
Bergvolk uit Kameroen

Slide 31 - Quizvraag

De Massai is een volk dat in twee landen leeft. In welke landen?
A
Tanzania & Oeganda
B
Ethiopië en Sudan
C
Kenia en Zambia
D
Tanzania en Kenia

Slide 32 - Quizvraag

Ik vond de QUIZ
A
makkelijk
B
moeilijk
C
leuk
D
niet zo leuk

Slide 33 - Quizvraag