1.4 Cirkels

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

    Welkom

Pak je boek, schrift en schrijfspullen.

Leg bladzijde 26 (h1.4) voor je open!

DEZE LES:

H1.4 Cirkels

oefenen 

uitleg 

  lesprogramma

nakijken 

Hw: 17, 19, 20, 21 en 22

Cirkels tekenen met je passer

Samen maken opd. 22

aan de slag 

Je werkt zelfstandig opd. 24 en 25 door

huiswerk

voorkennis 

Rechte lijnen tekenen

Mk: § 1.4 af

        Nakijken

Kijk opdracht 17, 19, 20, 21 en 22 na.

✅ Zet een krul bij opdrachten die je goed hebt gemaakt

❌ Zet een kruisje bij opdrachten die niet helemaal goed gingen.

Verbeter met een andere kleur pen of potlood.

Je mag na het nakijken altijd vragen stellen over je werk.

 

        Voorkennis

In vorige lessen hebben we het gehad over het begrip evenwijdig.

Wat weet je hier nog van?

Pak je ipad en log in via de klassencode

 

Welke lijn is evenwijdig met lijn p?

1. r
2. s
3. t
4. q

Welke paar evenwijdige lijn naast p//q zie je nog meer

1. r en s
2. p en r
3. q en r
4. s en q

evenwijdig tekenen

oefenen  

Maak nu de opdrachten op het werkblad. Ben je klaar, laat je werk dan controleren binnen je tafelrij       (je controleert elkaar)

Let op!

Teken met potlood en gebruik je geodriehoek.

Denk ook aan de tekentjes 

Wat leer je in deze les?

Aan het eind van deze les kun je vertellen wat een diameter is

Aan het eind van deze les kun je met je passer een cirkel tekenen

        leerdoelen

Een cirkel is de wiskundige naam voor een rondje.

Een cirkel teken je met behulp van je passer.

In een cirkel kun je verschillende lijnen en punten tekenen

Cirkels

uitleg 

• De diameter 
  gaat van de ene kant van de cirkel door het middelpunt M naar de andere kant van de cirkel. We noemen het ook wel de middellijn

• De straal 
  loopt van het middelpunt naar de rand van de cirkel. (het is de helft van je diameter)

• De straal past 2x in de diameter.

uitleg 

Cirkels

Welke kleur heeft de
straal van deze cirkel?

1. Rood
2. Blauw

Welke lengte heeft de diameter van deze cirkel?

1. 20m
2. 40m
3. 20cm
4. 40cm

De straal is..

1. het dubbele van de diameter
2. 4
3. de helft van de diameter
4. de omtrek van de cirkel

De straal van deze cirkel is 2 cm, welke lengte heeft de diameter dan?

1. 1 cm
2. 2 cm
3. 3 cm
4. 4 cm

Welke lengte heeft de straal?

1. 18 cm
2. 4,5 cm
3. 9 cm
4. 36 cm

Loodrecht

Je moet met de 
geodriehoek 
loodrechte lijnen
kunnen tekenen.

Een cirkel teken je met een passer. 

Om een cirkel te tekenen zet je de twee benen van de passer uit elkaar. 

Zet de scherpe passerpunt op het papier. Dit wordt is het middelpunt M van de cirkel. 

De afstand tussen de benen wordt is de straal

Draai de passer rond zodat je een cirkel krijgt.

Je zult wel even moeten oefenen hoor.

uitleg 

Zelf een cirkel tekenen

tekenen met passer

oefenen  

We maken samen opdracht 22.

Je maakt zelfstandig opdracht 24. 

Klaar? controleer het werk binnen je tafelrij.

Ga daarna verder aan opdracht 25 t/m 28

wat

hoe

hulp

tijd

klaar?

         aan de slag 

moeilijk

prima

Mk: 25 t/m 28

makkelijk

25 t/m 28 + U5

Eerste 5 minuten zelfstandig

Daarna fluisterend samenwerken binnen je tafelrij

Vraag hulp binnen je tafelrij, lukt het samen niet, vraag je docent

Tot het einde van de les

Maak de opdracht onder aan blz. 28

Huiswerk 

Huiswerk:

Mk: opd.  25 t/m 28 

Werk fluisterend binnen je tafelrij

Werk netjes met potlood en geodriehoek en passer