§ 6 Zelfstandig werkwoord en hulpwerkwoord

Welkom!
Wat heb je nodig voor deze les:
Lesboek + schrift
Device
 
Pen of potlood
timer
5:00
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Wat heb je nodig voor deze les:
Lesboek + schrift
Device
 
Pen of potlood
timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

          Lesdoel

Ik kan onderscheid maken tussen zelfstandige werkwoorden en hulpwerkwoorden.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Zelfstandig werkwoord of hulpwerkwoord?

Ik heb gegeten
heb = .....
A
zelfstandig werkwoord
B
hulpwerkwoord

Slide 7 - Quizvraag

Zelfstandig werkwoord of hulpwerkwoord?

Ik word bekeken
bekeken = .....
A
zelfstandig werkwoord
B
hulpwerkwoord

Slide 8 - Quizvraag

zelfstandig werkwoord of hulpwerkwoord?

Ik heb gefietst
gefietst = .....
A
zelfstandig werkwoord
B
hulpwerkwoord

Slide 9 - Quizvraag

Ineke gaat naar de stad.
gaat = ?
A
zelfstandig werkwoord
B
hulpwerkwoord

Slide 10 - Quizvraag

Hij heeft die opdracht moeten maken. 
heeft

moeten

maken
hulpwerkwoord
zelfstandig werkwoord
hulpwerkwoord

Slide 11 - Sleepvraag

Wij hadden misschien met dat project mee kunnen doen.
hadden

kunnen

meedoen
hulpwerkwoord
zelfstandig werkwoord
hulpwerkwoord

Slide 12 - Sleepvraag

Wat is het zelfstandige werkwoord van de zin:
Had je mijn fietssleutel niet beter in je portemonnee kunnen bewaren?

Slide 13 - Open vraag

Noteer het hulpwerkwoord
Hij heeft een milkshake gemaakt.

Slide 14 - Open vraag

Huiswerk
§6 zelfstandig werkwoord en hulpwerkwoord

Opdracht 2, 3, 4 en 5 blz. 214-215


Slide 15 - Tekstslide