2.3a Romeinen - Leven in het Romeinse Rijk

Lesopzet
K: Presentatie > 2.3a Romeinen - Leven in het Romeinse rijk
Z: 2.3 t/m vraag 9 maken & nakijken.
Z: Klaar? Verder met je studiewijzer. 
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Lesopzet
K: Presentatie > 2.3a Romeinen - Leven in het Romeinse rijk
Z: 2.3 t/m vraag 9 maken & nakijken.
Z: Klaar? Verder met je studiewijzer. 

Slide 1 - Tekstslide

Romeinen
3. Leven in het Romeinse Rijk

Slide 2 - Tekstslide

Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 3 - Tekstslide

Vorige keer...
Je weet wat de gevolgen waren van de Romeinse overheersing.
Je weet dat Rome een aantal gekke keizers heeft gehad. 

Slide 4 - Tekstslide


Romeinen in Nederland


  • De Romeinse tijd (58 v. Chr. - ±400 n. Chr) is een belangrijke periode voor ons gebied. 
  • Zo nemen de Romeinen ijzer mee, dat handig is als gereedschap, maar ook het schrift
  • Hiermee eindigt ook bij ons de prehistorie en begint de historie.

Slide 5 - Tekstslide


Romanisering


  • Het contact tussen de mensen in deze streek en de Romeinen is intensief
  • Dat is ook niet zo vreemd: de Romeinen zijn hier ruim 400 jaar, en door handel en huwelijken worden gebruiken overgenomen.
  • Het overnemen van Romeinse gebruiken (taal, kleding, cultuur) heet romanisering
Reconstructie van een Villa Rustica

Slide 6 - Tekstslide


Leven onder de Romeinen


  • De Romeinen laten de overwonnen volken vaak hun gebruiken en godsdienst houden. 
  • En zolang de volken belasting betalen (o.a. door soldaten voor de hulptroepen te leveren), zijn er weinig problemen: precies wat de Romeinen willen.

Slide 7 - Tekstslide

Welke moet weg? 

Caligula - Nero - Augustus - Elagabalus

Slide 8 - Tekstslide

Deze keer...
Je weet hoe de rijke Romeinen leefden
Je weet hoe de arme Romeinen leefden

Slide 9 - Tekstslide


De Romeinse samenleving


Het Romeinse Rijk is een agrarisch-stedelijke samenleving
de meeste mensen leven op het platteland. Toch heeft de stad 
Rome rond het jaar 100 n. Chr. ongeveer 1 miljoen mensen.  
De verschillen tussen de Romeinen zijn groot: slechts een klein aantal 
leeft in grote luxe, terwijl de meesten het zwaar hebben.

Slide 10 - Tekstslide

Je weet hoe de rijke Romeinen leefden

Slide 11 - Tekstslide


De rijke Romeinen


Rijke mensen zijn vaak grootgrondbezitters
Meestal wonen ze in villa’s, omdat het in Rome vooral ’s zomers 
veel te warm, te vol en te vies is. 
Alleen voor politiek of voor zaken gaan ze naar de stad. 
Op hun landgoed verbouwen de slaven graan, druiven en olijven.

Slide 12 - Tekstslide

Dit is een villa rustica, een soort boerderij. Naast dit type villa, bestond er ook de villa urbana. 
Het meeste werk rondom de villa werd gedaan door slaven.
Veel villa's hadden uitgebreide badruimten met vloerverwarming
Er waren appartementen voor de villicus (de toezichthouder) en de actor (de boekhouder) en ook slaapvertrekken voor de slaven.
Een villa rustica bestond vaak uit verschillende gebouwen, zoals het woonhuis, de stallen en de voorraadschuren.

Slide 13 - Tekstslide


Badhuizen


Rijke Romeinen waren regelmatig in badhuizen (thermen) te vinden. Niet alleen omdat ze het prettig vonden, maar ook om te vergaderen.
In sommige badhuizen zaten complete bibliotheken.

Een Romeins badhuis in Bath (Eng.)

Slide 14 - Tekstslide

Slaven stoken vuren voor de vloerverwarming en warme ruimten.
Een gezonde geest in een gezond lichaam: de Romeinen vonden sport en hygiëne erg belangrijk.
Er waren gescheiden ruimten voor mannen en vrouwen.
Ook hier weer latrines, de gezamenlijke toiletten.
Baden en ruimten waren er in allerlei temperaturen: van het koude frigidarium tot het snikhete laconium: een soort sauna
Hier bevond zich een gewoon zwembad, zoals je dat tegenwoordig ook kent.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Je weet hoe de arme Romeinen leefden

Slide 17 - Tekstslide


Arme Romeinen

Veel Romeinen hebben vrijwel niets. Soms zijn zij boeren geweest die niet konden concurreren tegen de grote boerderijen. 

Toch zijn ze erg belangrijk voor rijke Romeinen: ze mogen namelijk stemmen en kunnen rijke Romeinen machtig maken.

De huizen van proletariërs hadden geen eigen toiletten. Je moest dan naar dit soort openbare toiletten in Rome: gezellig met z'n allen roddelen terwijl je je behoeften doet. Echt schoon was het allemaal niet: uit recent onderzoek werd duidelijk dat het enorme bron van parasieten en infecties.
Privé-toiletten kwamen pas later, en alleen voor mensen die dat konden betalen. 

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video








Dit is insula, een flatgebouw in Rome. De woningen werden gehuurd door de armere Romeinen. De meeste insulae waren 4 of 5 verdiepingen hoog. De bouwkwaliteit was niet best: bijna dagelijks waren er branden en instortingen.
De kamers bovenin een insula waren de slechtste kamers: hier woonden de proletariërs.
Hoewel er in sommige gebouwen stromend water was, moesten de bewoners van een insula het water vaak uit een fontein op straat halen.
Hoewel de meeste kamers in een insula klein en donker waren, was er wel verschil: de grotere kamers waren voor mensen met iets meer geld.
De meeste insulae hadden geen toiletten of keukens. Moest je naar de wc, dan ging je naar een openbaar toilet. En wilde je wat eten, dan ging je naar een thermopolium, een soort snackbar.

Slide 20 - Tekstslide


Slaven


Slavernij was bij de Romeinen heel normaal. Slaaf werd je bijvoorbeeld omdat jouw land was veroverd, of omdat je je schulden niet kon betalen. 

Er waren veel slaven in Rome: 
van de miljoen inwoners waren ongeveer 400.000 slaven!
Twee jonge slaven. De linker draagt water en handdoeken; de rechter een mand met bloemen.

Slide 21 - Tekstslide





Het werk dat slaven deden was heel verschillend: van zwaar werk in de mijnen, tot leraar voor de kinderen van Rijke Romeinen. Vooral Griekse slaven werden voor dat laatste veel gebruikt.
Je kon vaak niet zien of iemand slaaf was. Sterker nog: sommige slaven waren beter gekleed dan arme, vrije Romeinen!
Twee slavinnen helpen hun meesteres bij het opmaken.

Slide 22 - Tekstslide


Vrijgelatenen


Je kon als slaaf worden vrijgelaten. Als vrijgelatene ben je nog geen Romeins burger, dat worden je kinderen pas.

En op jouw grafsteen zal ook de letter 'L' staan, dat libertus betekent: vrijgelatene. Meestal stond de naam van je vroegere eigenaar erbij.
Sextus Maelius Stabilio, Vesinia Iucunda, en Sextus Maelius Faustus. Vermoedelijk man en vrouw (dat kun je zien aan het handschudden en de sluier) en hun zoon. Slaven mochten niet trouwens, vandaar dat dit echtpaar op latere leeftijd is getrouwd.

Slide 23 - Tekstslide


Het Romeinse huwelijk


Veel huwelijken zijn privé-afspraken tussen families. Er waren best wat regels als het gaat om trouwen. Zo mag een meisje vanaf haar 12e trouwen, en moest ze voor haar 20e levensjaar een kind hebben gekregen.
Huwelijken tussen verschillende groepen (zoals bijvoorbeeld met slaven) 
was niet toegestaan.


Paquius Proculus en zijn echtgenote (fresco uit Pompeii, 1e eeuw n. Chr.)

Slide 24 - Tekstslide


Brood en spelen

Panem et circenses, oftewel 'brood en spelen'. Rijke Romeinen hadden snel in de gaten dat het gewoon volk rustig blijft zolang het maar wat te eten heeft en/of zich niet gaat vervelen.

Het volk kreeg dus 'brood' en 'spelen' in het Colosseum.

Slide 25 - Tekstslide

Deze keer...
Je weet hoe de rijke Romeinen leefden
Je weet hoe de arme Romeinen leefden

Slide 26 - Tekstslide

Lesopzet
K: Presentatie > 2.3a Romeinen - Leven in het Romeinse rijk
Z: 2.3 t/m vraag 9 maken & nakijken.
Z: Klaar? Verder met je studiewijzer. 

Slide 27 - Tekstslide