1.1 - Wat heb je te besteden?

Hoofdstuk 1
4GL
Paragraaf 1 - Wat heb je te besteden?
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 1
4GL
Paragraaf 1 - Wat heb je te besteden?

Slide 1 - Tekstslide

Je leert in deze paragraaf:
  • wat voor verschillende soorten inkomens er zijn
  • waardoor je koopgedrag kan veranderen
  • waarom bepaalde doelgroepen belangrijk zijn
  • dat jouw aankopen gevolgen hebben voor anderen en voor het milieu,

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Hoe ontstaan inkomensverschillen in NL?

Slide 4 - Open vraag

Inkomensvormen
Primaire inkomens = je levert een tegenprestatie)
  • Inkomen uit arbeid (loon, salaris)
  • Inkomen uit bezit (rente, huur, pacht)
Secundaire inkomens = je levert geen tegenprestatie
  • Overdrachtsinkomen (uitkering, zakgeld, kinderbijslag) 

Slide 5 - Tekstslide

Hoe wordt jouw koopgedrag beïnvloedt?

Slide 6 - Open vraag

Duurzaam consumeren
Als je duurzaam consumeert hou je met je koopgedrag rekening met de gevolgen voor andere mensen en het  milieu.

Slide 7 - Tekstslide

Hoe kan jij er voor zorgen dat je duurzaam consumeert?

Slide 8 - Open vraag

Marketing
Instrumenten (6 P's)

Slide 9 - Woordweb

Wat is marketing?
Ondernemers proberen zoveel mogelijk winst te maken. Ze zullen daarvoor zo goed mogelijk in moeten spelen op de behoeften van de doelgroep.

Om zo goed mogelijk in te spelen op deze behoeften doen ze marktonderzoek en gebruiken ze marketinginstrumenten.

Slide 10 - Tekstslide

Een groep consumenten waar een bedrijf de reclame op richt heet:
A
De consumentengroep
B
De consumentenorganisatie
C
De doelgroep
D
De geschillencommissie

Slide 11 - Quizvraag

Marketing mix (6 P's)
Verschil tussen         AH en Lidl

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Op basis waarvan kan je een doelgroep bepalen?

Slide 14 - Open vraag

Waarom zijn jongeren een belangrijke doelgroep voor bedrijven?

Slide 15 - Tekstslide

Doelgroep bepalen:
Op basis van:
  • Leeftijd
  • Inkomen
  • Geslacht
  • Hobby's
  • Geografische ligging

Slide 16 - Tekstslide

1

Slide 17 - Video

00:20
Wie behoren tot de doelgroep van deze reclame?
A
Jongeren onder de 18
B
Jongeren onder 25
C
Ouders van kinderen onder de 18
D
jongeren onder de 18 en hun ouders

Slide 18 - Quizvraag

Opdracht: Wat is een goede reclame?
  1. Bedenk een reclame die jij goed vindt.
  2. Geef drie redenen waarom jij deze reclame goed vindt. 
  3. Wat is de doelgroep voor de reclame?

Slide 19 - Tekstslide