GMK P2.4 hormonen

Ethinylestradiol =
A
Oestrogeen
B
Progestageen
1 / 22
volgende
Slide 1: Quizvraag
GeneesmiddelkennisMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Ethinylestradiol =
A
Oestrogeen
B
Progestageen

Slide 1 - Quizvraag

Wat kan een bijwerking zijn tijdens gebruik van de combinatiepil ?
A
Gewichtstoename
B
Borstkanker
C
Hartkloppingen
D
Trombose

Slide 2 - Quizvraag

Wat is geen toedieningsvorm van anticonceptie?
A
Creme
B
Injectie
C
Pleister
D
Vaginale ring

Slide 3 - Quizvraag

Een eenfase pil bevat:
A
Alleen oestrogeen
B
Alleen progestageen
C
Altijd oestrogeen en progestageen
D
Soms oestrogeen, soms progestageen

Slide 4 - Quizvraag

Wat is gebruik van een eenfase pil?
A
1x per dag voor 3 weken; dan 1 week niet
B
1x per dag continu
C
1x per week
D
1x per 12 weken

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de eerste keus pil bij borstvoeding?
A
Cerazette
B
Depo-provera
C
Microgynon
D
Trigynon

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het kenmerk van een driefase pil?
A
Meestal mi in de naam
B
Verschillende kleuren en sterktes tabletten
C
altijd stopweek
D
veel bijwerkingen

Slide 7 - Quizvraag

Hoe vaak moet je een vaginale ring inbrengen?
A
1x per dag
B
1x per week
C
1x per 3 weken
D
1x per 2-3 jaar

Slide 8 - Quizvraag

welke anticonceptiemiddel bij gebruik carbamazepine?
A
nuvaring
B
cerazette (desogestrel)
C
microgynon
D
koperspiraal

Slide 9 - Quizvraag

wat is het gebruik van foliumzuur bij kinderwens?
A
start 4 weken voor conceptie tot 10 weken
B
start wanneer zwanger tot 10 weken

Slide 10 - Quizvraag

Wat is geen kenmerk van de prikpil?
A
Kan gebruikt worden bij borstvoeding
B
Toedienen door arts
C
Alleen progestageen
D
Na stoppen nog 9 maanden onvruchtbaar

Slide 11 - Quizvraag

Wat betekent teratogeen?
A
is toxisch voor de moeder
B
kan aangeboren afwijkingen veroorzaken

Slide 12 - Quizvraag

welk geneesmiddel kan je gebruiken bij osteoperose?
A
vit d
B
alendroninezuur
C
calcium
D
allemaal

Slide 13 - Quizvraag

Welk geneesmiddel geeft een verhoogde kans op osteoperose
A
oestrogenen
B
maagmiddelen
C
corticosteroiden
D
antagel

Slide 14 - Quizvraag

hoe lang gebruik je max alendroninzuur
A
5 jaar
B
10 jaar

Slide 15 - Quizvraag

hoe werkt anticonceptie? noem 3 kenmerken

Slide 16 - Open vraag

welke hormonen zijn belangrijk bij de schildklier?
A
tsh en t4
B
t4 en tas
C
t3 en asat
D
alat en asat

Slide 17 - Quizvraag

3 toedienvormen met alleen progestagenen
A
prikpil, mini-pil,koperspiraal
B
prikpil, mini-pil, implantatiestift

Slide 18 - Quizvraag

noem 3 middelen die als noodanticonceptie worden gebruikt?

Slide 19 - Open vraag

welk middel wordt gebruikt bij vaginale droogte na de overgang?
A
estradiol
B
desogestrel

Slide 20 - Quizvraag

geneesmiddel bij hypothyreoidie
A
levopromazine
B
levothyroxine

Slide 21 - Quizvraag

noem 2 manieren om hyperthyreoidie te behandelen

Slide 22 - Open vraag