Spelling Hoofdstuk 2 - 1 havo

Nederlands
1 havo Spelling Hoofdstuk 2 blz. 66 /67

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
1 havo Spelling Hoofdstuk 2 blz. 66 /67

Slide 1 - Tekstslide

Doel van deze les
  • Correct spellen van de verleden tijd van zwakke werkwoorden 

Slide 2 - Tekstslide

Ga naar vraag 2 blz. 67 in je boek
Schrijf de antwoorden hieronder of maak een foto van je antwoorden

Slide 3 - Open vraag

Vul de juiste vorm in op de puntjes: (let op het is persoonsvorm verleden tijd!)

Door een defecte wekker ....... ik bijna de bus naar school
A
miste
B
mistte

Slide 4 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in op de puntjes: (let op het is persoonsvorm verleden tijd!)

Door een defecte wekker ....... ik bijna de bus naar school
A
miste
B
mistte

Slide 5 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in op de puntjes (let op het is persoonsvorm verleden tijd!)

De agenten ........ het jankende hondje uit de snikhete auto
A
bevrijden
B
bevrijdden

Slide 6 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in op de puntjes: (let op het is persoonsvorm verleden tijd!)

Geduldig ....... de klanten in een lange rij voor de kassa.
A
wachten
B
wachtten

Slide 7 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in op de puntjes: (let op het is persoonsvorm verleden tijd!)

....... die snackverslaafde zojuist vier frikandellen tegelijk?
A
Bestelde
B
Besteldde

Slide 8 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in op de puntjes: (let op het is persoonsvorm verleden tijd!)

De NS-omroepster ....... een vertraging van vijf minuten.
A
melde
B
meldde

Slide 9 - Quizvraag

Ga naar vraag 4 blz. 67
Schrijf van 5 niet-bestaande zwakke werkwoorden de verleden tijd op. Je mag zelf kiezen welke.

Slide 10 - Open vraag

Ga naar vraag 5 blz. 67
En schrijf de antwoorden hieronder op. Je kunt ook een foto maken.

Slide 11 - Open vraag

Weet je nu hoe je de verleden tijd van zwakke werkwoorden spelt?
Ja, leg uit hoe.
Nee, leg uit waarom je dat niet snapt.

Slide 12 - Open vraag

Einde les!

Slide 13 - Tekstslide