Je gaat oefenen met de voorzetsels en het ontleden.
Gebruik voor de oefening je grammatica overzicht.
Maak gebruik maken van een kladpapier voor het beantwoorden van de vraag. Let goed op het geslacht en welk schema je moet gebruiken. Vergelijk jouw antwoord met de gegeven uitleg. Gebruik de stappen: stap 1: voorzetsel?- stap 2.ontleden (gezegde, onderwerp, lijdend voorwerp en meewerkend voorwerp.)