Les 6 - Bloedverwantschap en wettelijk erfrecht

Les 6 
Bloedverwantschap en wettelijk erfrecht

Personen- en familierecht
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Personen- en familierechtMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Les 6 
Bloedverwantschap en wettelijk erfrecht

Personen- en familierecht

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inleiding erfrecht
Erfrecht: het recht dat bepaalt wat er met het vermogen van een persoon gebeurt na het overlijden (let op! onderdeel van het vermogensrecht).

  1. Wettelijk erfrecht: de overledene heeft niets geregeld, zijn familie erft. 'Het naaste bloed erft';
  2. Testamentair erfrecht: de overledene heeft een testament opgesteld bij de notaris, het testament bepaalt wie erft. De wet vult dit aan.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloedverwantschap
'Naaste bloed'
Rechte lijn
Personen die van jou afstammen (kinderen en kleinkinderen) en personen van die jij afstamt (je moeder en vader, je opa en oma)
Bepalend voor de graad is het aantal geboortes
kind en ouder: 1e graad in de rechte lijn
kind en grootouder: 2e graad in de rechte lijn
Zijlijn 
Personen die een gemeenschappelijke voorouder hebben
Bepalend voor de graad is ook weer het aantal geboortes
broer en zus: 2e graad in de zijlijn
neef en nicht: 4e graad in de zijlijn

Slide 3 - Tekstslide

Teken een stamboom (fictief of van jezelf) op het bord en laat studenten dit overnemen. Geef hier met pijlen rechte lijn en zijlijn aan. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze afbeelding kunnen de studenten gebruiken als voorbeeld en geheugensteuntje. Misschien dat ik deze afbeelding wel uitdeel of laat overnemen. Ligt een beetje aan de les. 
Wettelijk erfrecht (boek 4 BW)
Er zijn vier 'groepen' erfgenamen, zie artikel 4:10 lid 1 BW 
Groep 1, artikel 4:10 lid 1 sub a BW 
Echtgenoot/geregistreerd partner & kinderen
Groep 2, artikel 4:10 lid 1 sub b BW 
Ouders, broers en zussen
Groep 3, artikel 4:10 lid 1 sub c BW
Opa en oma (grootouders)
Groep 4, artikel 4:10 lid 1 sub d BW  
Overgroot opa en oma (overgrootouders)

Slide 5 - Tekstslide

Introduceer het wettelijk erfrecht. Geef achtergrond informatie en benoem dat, als je niks op papier hebt staan (bij de notaris), dit de verdeling is van je spullen. Benoem ook de legitieme portie nog een keer. 
Belangrijk
  • Je echtgenoot is géén bloedverwant! Hij is gewoon de echtgenoot;
  • Een aanverwant is een bloedverwant van jouw echtgenoot. Jij hebt dezelfde graad van verwantschap als je echtgenoot, alleen dan niet als bloedverwant, maar als aanverwant;  Jouw broer is je bloedverwant 2e graad zijlijn, voor je echtgenoot is dat dus de aanverwant 2e graad zijlijn.
  • Je moet in leven zijn om te kunnen erven; 
  • Als kind kan je de plek innemen van je overleden ouder samen met overige broers/zussen (plaatsvervulling);
  • Erfgenamen erven een gelijk deel. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende les
Meer over het wettelijk erfrecht en plaatsvervulling;
Testamentair erfrecht;
Aanvaarden of verwerpen erfenis. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les 7 
Wettelijk en testamentair erfrecht


Personen- en familierecht

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Even terugblikken..
We gaan een paar vragen maken, doe mee!

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de graad van verwantschap tussen Elise en haar overgroot-moeder?
A
1e graad rechte lijn
B
2e graad rechte lijn
C
3e graad rechte lijn
D
4e graad rechte lijn

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de graad van verwantschap tussen jou en de dochter van jouw tante?
A
1e graad zijlijn
B
2e graad zijlijn
C
3e graad zijlijn
D
4e graad zijlijn

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de graad van verwantschap tussen Senne en haar zus Manou?
A
1e graad rechte lijn
B
1e graad zijlijn
C
2e graad rechte lijn
D
2e graad zijlijn

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijke begrippen
  1. Persoon die overlijdt =  de erflater
  2. Persoon die iets erft =  de erfgenaam
  3. Het hele vermogen van de erflater =  de nalatenschap

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wettelijk erfrecht (boek 4 BW)
Er zijn vier 'groepen' erfgenamen, zie artikel 4:10 lid 1 BW 
Groep 1, artikel 4:10 lid 1 sub a BW 
Echtgenoot/geregistreerd partner & kinderen van de erflater
Groep 2, artikel 4:10 lid 1 sub b BW 
Ouders, broers en zussen van de erflater
Groep 3, artikel 4:10 lid 1 sub c BW
Opa en oma (grootouders) van de erflater
Groep 4, artikel 4:10 lid 1 sub d BW  
Overgroot opa en oma (overgrootouders) van de erflater

Slide 14 - Tekstslide

Benoem nog een keer de verschillende groepen (link dit ook aan de subjes in het wetsartikel) 
Sarah en Ibrahim zijn getrouwd en hebben geen kinderen. Ibrahim overlijdt en laat € 50.000 na. Hij heeft ook nog ouders en 2 zussen.
Wie erft er in dit geval?
A
Alleen Sarah erft.
B
Sarah erft de helft, de ouders en zussen van Ibrahim erven samen de andere helft.
C
Omdat zij geen kinderen hebben, erven alleen de ouders en zussen van Ibrahim.
D
Sarah en de zussen van Ibrahim erven samen voor gelijke delen.

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Oma Meryem overlijdt en haar man is al overleden. Zij had een dochter, Elif, en een zoon, Illias. Illias is vorig jaar al overleden. Hij heeft 2 zoons, Burak en Mehmet en een weduwe, Imane. Elif heeft een echtgenoot, Mustafa en 3 dochters, Sena, Eliza en Merve. Meryem laat € 300.000 na. Teken eerst de stamboom en beantwoord dan de vraag.
Wie erft er hoeveel?
€ 0
€ 75.000
€ 150.000
€ 100.000
€ 300.000
Elif
Illias
Mustafa
Imane
Sena
Eliza
Merve
Burak
Mehmet

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bescherming van de echtgenoot
Wettelijk verdeling
Bij een vererving in groep 1 (art. 4:10 lid 1 sub a BW), dus met kinderen en een echtgenoot/geregistreerd partner, krijgt de langstlevende echtgenoot de hele nalatenschap en moeten de kinderen wachten op hun erfdeel. De waarde van hun erfdeel wordt vastgesteld, maar uitbetaling gebeurt pas als de langstlevende ouder ook overlijdt. 

Slide 17 - Tekstslide

Je kan afstand doen van je recht op vruchtgebruik (dit heeft mijn (VRAG) stiefmoeder gedaan). Wellicht interessant om erbij te vertellen (doe ik wel altijd). Benoem dat, zonder dit vruchtgebruik, kinderen de erfenis direct zouden kunnen opeisen met als gevolg dat de langstlevende ouder wellicht op straat komt te staan (noodgedwongen huis verkopen o.i.d.).  
Casus: De familie Stoopjes viert het afscheid van Moeder Annie. Haar kinderen zijn best blij omdat Annie een mooie dood na een vervuld leven had en behoorlijk wat geld heeft nagelaten. Ze plannen al samen een vakantie op Curaçao van de erfenis. Vader Hans is boos. Hij zegt dat de kinderen nog helemaal niks krijgen. Hij mag het lekker zelf allemaal opmaken!
Wie heeft er gelijk? Leg uit!

Slide 18 - Open vraag

Vruchtgebruik, bescherming langstlevende echtgenoot, Hans heeft gelijk
Testamentair erfrecht, art. 4:42 BW ev.
  • Erflater kan in een testament iets anders bepalen dan de wet, dit zet je dan in een testament; 
  • Is nodig als je bijvoorbeeld niet getrouwd bent, maar toch wilt dat je vriendje erfgenaam is, of als je wilt dat je stiefkinderen ook erven;
  • Wordt gemaakt door middel van een 'notariële akte', dus bij de notaris. Minimumleeftijd: 16 jaar, art. 4:55 lid 1 BW (een van de uitzonderingen op de handelingsbekwaamheid vanaf 18 jaar);
  • De akte wordt bewaard bij de notaris, in een brandveilige kast;
  • De notaris maakt melding hiervan bij het Centraal Testamentenregister (CTR).

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

John woont samen met Miriam. Samen hebben ze een dochter, Evy. John heeft een testament gemaakt en Miriam en Evy samen tot erfgenamen benoemd. Als John overlijdt beweert de moeder van John echter dat dat niet waar is. Evy zou alles erven. Miriam kan het enige exemplaar van het testament niet meer vinden en weet niet bij welke notaris John is geweest.
Welke instantie kan haar helpen?
A
Het CBR
B
Het CTR
C
De gemeente
D
Het hof

Slide 20 - Quizvraag

Een burger kan niet zelf navraag doen. Dat moet een notaris doen!
Gemeenschap van goederen
Bij echtgenoten die in gemeenschap van goederen zijn getrouwd, is niet meteen duidelijk hoe groot de nalatenschap van de overleden echtgenoot is. Daarvoor moet het gezamenlijk vermogen van het echtpaar eerst in tweeën worden verdeeld! Daarna wordt de rest (dus de andere helft) verdeeld over de overige erfgenamen.
Let op! De wettelijke verdeling geldt ook hier nog steeds. Langstlevende ouder erft eerst. 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aanvaarden en verwerpen
  • Een erfenis kan slecht uitpakken als de erflater veel schulden had. Je moet dus beslissen of je de erfenis wilt aanvaarden of verwerpen.
  • Zuiver aanvaarden van een erfenis: dat kan uitdrukkelijk, of door daden van aanvaarding te doen, bijv het huis leegruimen. Dus: opletten!
  • Verwerpen van een erfenis: daarvoor moet je een formulier invullen bij de rechtbank.
  • Beneficiair aanvaarden (ook via een formulier bij de rechtbank): dan dek je je in tegen eventuele schulden en erf je alleen het uiteindelijke positieve saldo. Er komt wel heel veel administratieve rompslomp bij de kantonrechter bij kijken. 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Suus is enige erfgenaam van haar vader. Ze weet nog niet wat ze moet vinden van de erfenis, maar ze pakt uit het huis in ieder geval al een paar spullen die ze als kind altijd leuk vond.
Wat betekent dit?
A
Zij heeft de erfenis al aanvaard.
B
Ze moet bij de rechtbank doorgeven dat zij behalve deze dingen niets aanvaard.
C
Ze heeft dan de erfenis verworpen.
D
Ze heeft de erfenis beneficiair aanvaard.

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bijzonderheden
  • Minderjarige erfgenamen worden extra beschermd: ouders/voogden kunnen alleen beneficiair aanvaarden.
  • Als de ouders/voogden de erfenis voor de minderjarige erfgenaam willen verwerpen, dan moeten zij eerst toestemming krijgen van de kantonrechter.
  • Nalatenschap bij gemeenschap van goederen: de nalatenschap van de erfgenaam moet eerst worden berekend door het gezamenlijke vermogen van het echtpaar door 2 te delen.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bas en Naomi zijn in gemeenschap van goederen getrouwd. Hun gemeenschappelijke vermogen is € 100.000. Bas had daarnaast ook eigen vermogen van € 35.000.
Hoe hoog is de nalatenschap van Bas?
A
€ 35.000
B
€ 85.000
C
€ 135.000

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Youri is 3 jaar oud als zijn oma, mevrouw Verstappen, overlijdt. Zij heeft hem tot haar enige erfgenaam benoemd omdat zij ruzie had met de moeder van Youri. De ouders van Youri willen niets met mevrouw Verstappen te maken hebben en verwerpen dan ook de erfenis.
Ze willen van jou weten of dit zo kan.

Slide 26 - Open vraag

Beneficiair aanvaarden, verwerpen met toestemming kantonrechter 
Volgende les
Maken oefentoets; 
Ruimte voor vragen;
Zorg dus dat je hebt geleerd!

Leren: hoofdstuk 1, 4, 6 (inleiding recht) en 9 (personen- en familierecht)  

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies