Dementie

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Dementie

Lesdoelen:

- aan het einde van de les kan de student uitleggen wat dementie inhoudt en benoemt hierbij de meest voorkomende vormen 

- aan het einde van de les kan de student in ieder geval 7 verschijnselen van dementie noemen 

- aan het einde van de les kent de student de 4 fase van dementie 

Dementie

Dementie betekent letterlijk

1. geestelijke aftakeling
2. somatische afdeling
3. fysieke aftakeling

10 % van de bevolking van 65 jaar en ouder heeft last van dementie

1. Waar
2. Niet waar

Verschillende vormen van dementie 

- de ziekte van Alzheimer 

- Vasculaire dementie 

- Gemengde vorm

- Frontotemporale dementie 

- Overige vormen 

Bij welk percentage van de mensen met dementie is er sprake van de ziekte van Alzheimer?

1. 40 %
2. 50%
3. 60%
4. 70%

Alzheimer

Ontstaan van ophopingen van een bepaald eiwit in de zenuwcellen: beta-amyloid.

 Tast zenuwcellen en verbindingen aan > disfunctie van de hersenen.

Meest gekenmerkt door geheugenverlies.

 

Bij hoeveel procent van de mensen is dementie het gevolg van doorbloedingsstoornissen van de hersenen?

Vasculaire dementie 

Door hersenbloeding of herseninfarct

Geheugen is minder, maar nog niet aangedaan 

Kenmerkend is traagheid in denken en handelen, taalproblemen

Frontotemporale dementie 

- Erfelijke dementie, op jonge leeftijd 40 - 60 jaar  

- gedragsstoornissen in plaats van geheugenstoornissen 

Overige vormen van dementie

veroorzaakt door lichamelijke aandoeningen: Alcohol, Parkirson, Tumor

Individueel maken: 

Vragen dement, vergeetachtig of in de war? 

Hierna 5 minuten met je buurman/ buurvrouw bespreken.

www.nursing.nl

Welke verschijnselen van dementie zie je in de praktijk?

vimeopro.com

Fasen dementie 

fase 1: Voorfase ; bedreigde ik 

fase 2: Lichte of beginnende dementie; verdwaalde ik 

fase 3: matige of voortgaande dementie ; verborgen ik 

fase 4: diepe of gevorde dementie ; verzonken ik 

Mw. Landzaat vergeet haar sleutels mee te nemen als ze naar de supermarkt gaat. Ze komt thuis met een zaak aardappels van 20 kilo en 2 flessen chloor. Ze zet de chloor in de kast bij de andere 10 flessen en de aardappels gaan in de trapkast. In welke fase bevindt mevrouw zich?

1. fase 1
2. fase 2
3. fase 3
4. fase 4

Dhr. Piek zit in de huiskamer. Hij zit stil voor zich uit te staren. Een vrouw zit naast hem, ze zegt dat ze zijn vrouw is, maar hij herkent haar niet. In welke fase zit dhr. Piek?

1. fase 1
2. fase 2
3. fase 3
4. fase 4

oefenen met begrippen 

door middel van een kruiswoordpuzzel !