Roos van Leary

Belevingsgerichte dagbesteding
Roos van Leary
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Belevingsgerichte dagbesteding
Roos van Leary

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
Je begrijpt wat de Roos van Leary inhoudt.
Je weet hoe je de Roos van Leary op werk kan inzetten.
Je begrijpt hoe je de afrondende opdracht moet maken. 

Slide 2 - Tekstslide

Is het gedrag van een ander te beïnvloeden? Zo ja, hoe doe je dit?

Slide 3 - Open vraag

Je kunt gedrag van een ander beïnvloeden door je eigen gedrag aan te passen. Is dit waar of niet waar? Leg uit

Slide 4 - Open vraag

Wat is de Roos van Leary?

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Welk gedrag zou je beter kunnen laten zien in deze situatie?

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Tekstslide

Hoe vertel je dit haar en welke argumenten gebruik je?

Slide 14 - Open vraag

Bekijk de eerste twee fragmenten en schrijf voor jezelf per fragment op welke gedrag uit de roos van leary te zien is en wat voor een gedrag dit oproept. 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Wat zag je bij
fragment 1:
Fragment 2:

Slide 17 - Open vraag

Wanneer houd je gedrag in stand?

Slide 18 - Open vraag

Wat is het nut van de Roos?

Slide 19 - Open vraag

Hoe kun je dit meenemen op je werk?

Slide 20 - Open vraag

Heeft er iemand een casus op het werk waar die tegen aan loopt?

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Tekstslide

Afrondende opdracht
Opdracht 1: hebben we gedaan in de les samen (verschillende doelgroepen/activiteiten op een rij gezet)
Opdracht 2: Hebben jullie een activiteitenplan gemaakt
Opdracht 3: Hebben jullie een sociogram gemaakt met daarin de groepsrollen die de clienten aannemen. (groepsrollen van Belbin)
Als laatste de afrondende opdracht nog

Slide 23 - Tekstslide

Afrondende opdracht
1. Begeleid twee cliënten op het gebied van dagbesteding
2. Je werkbegeleider gaat dit beoordelen (Via 'doen' knop)
- Je hebt aandacht voor de belevingswereld
- Je kijkt welke dagelijkse activiteiten deze cliënt doet en of ze afgestemd zijn op de mogelijkheden van de cliënt
- Je maakt voor iedere cliënt één activiteitenplan
- Je voert het activiteitenplan uit en motiveert de cliënt om deel te nemen

Slide 24 - Tekstslide

Vragen of opmerkingen over deze les

Slide 25 - Open vraag