14-04-2020 Taal, kijken, luisteren en (begrijpend) lezen
1 / 30
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Link
Wat voor werk wil Coen
later gaan doen?
later gaan doen?
A
Hij wil bij de molen werken
B
Hij wil bij de mariniers
C
Hij wil iets met de natuur gaan doen
D
Hij zegt niet wat hij wil doen
Slide 4 - Quizvraag
Hoeveel verschillende talen spreekt Hani nu al?
A
4
B
5
C
3
D
2
Slide 5 - Quizvraag
1 antwoord is FOUT. Welke is FOUT?
A
Hani woont in Den Haag
B
Hij gaat vaak naar de sportschool
C
Hij woont samen met zijn vader in een mannenhuis
D
Hij heeft ook nog een moeder in Nederland wonen
Slide 6 - Quizvraag
1 antwoord is FOUT. Welke is FOUT?
A
Hani gaat elke week met zijn vrienden weg.
B
Hij gaat elke week naar de kerk.
C
Hij gaat elke week naar de moskee.
D
Hij gaat elke week naar de film.
Slide 7 - Quizvraag
Wat is NIET WAAR over
Coen?
Coen?
A
Zijn vader is een molenaar
B
Hij woont in Kinderdijk
C
Zijn moeder zorgt voor de verse groentes
D
Hij moet elke dag heel ver lopen
Slide 8 - Quizvraag
Wat is GOED over Hani?
A
Hij heeft 1 broer
B
Hij is samen met zijn vader naar Nederland gekomen
C
Hij heeft 0 broers of zussen
D
Zijn ouders wonen samen in 1 huis
Slide 9 - Quizvraag
Waarom hangen er in de kamer van Coen schoenen aan het plafond?
A
Dit zijn de oude schoenen van Coen
B
Dit zijn de oude schoenen van Coen zijn vriend
C
Dit zijn de oude schoenen van Coen zijn vader
D
Dit zijn de oude schoenen van Coen zijn broer
Slide 10 - Quizvraag
Coen heeft al een baard
(haren op zijn kin).
(haren op zijn kin).
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quizvraag
Waar woont Coen in?
A
Een huis
B
Een boot
C
Een molen
D
Een kerk
Slide 12 - Quizvraag
Hani gaat met de broer en zus van Coen hout in stukken maken.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 13 - Quizvraag
Hani en zijn vader vinden het heel fijn dat zij in Nederland zijn.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 14 - Quizvraag
Wat is WAAR?
A
Hani wist al dat je in een molen kunt wonen.
B
Coen vindt het zielig voor Hani dat hij moest vluchten.
Slide 15 - Quizvraag
Coen gaat nu (bij deze Puberruil) voetballen en Hani gaat nu boksen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 16 - Quizvraag
Hani maakt het winnende doelpunt.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quizvraag
Hani kan geen knoop in het touw maken.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 18 - Quizvraag
Hani gaat met de ouders van Coen varen in een kano op het water.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quizvraag
Coen wil later ook molenaar worden. Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quizvraag
Hoe lang is Hani in Nederland?
A
1 jaar
B
2 jaar
C
1,5 jaar
D
3 jaar
Slide 21 - Quizvraag
Hani en zijn vader doen veel studeren (leren).
A
Waar
B
Niet waar
Slide 22 - Quizvraag
Hoeveel kilo wegen de wieken van de molen?
A
150 kilo
B
15.000 kilo
C
150.000 kilo
D
1.500 kilo
Slide 23 - Quizvraag
Coen krijgt geen beker.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 24 - Quizvraag
Zou jij zelf met iemand willen ruilen van huis voor een week?
Slide 25 - Open vraag
Niet alleen antwoorden met ja of nee.
Typ in 12 zinnen waarom wel of niet....
Typ in 12 zinnen waarom wel of niet....
Slide 26 - Open vraag
Slide 27 - Tekstslide
Maak als je klaar bent een foto van je eigen duim omhoog!
