Ontwikkelingspsychologie ongeboren kind, baby en peuter
ONGEBOREN KIND, BABY EN PEUTER
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1
In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 90 min
Onderdelen in deze les
ONGEBOREN KIND, BABY EN PEUTER
Slide 1 - Tekstslide
Vandaag:
-Terugblik vorige week
-Doelen van de les
-Babyfoto's
-Opdracht in groepjes
- Controlevragen op presentaties
Slide 2 - Tekstslide
Terugblik
- Levensfasen
- Lichamelijke, cognitieve, sociaal/emotionele, persoonlijkheid en seksuele ontwikkeling
- Factoren: intern (nature), extern (nurture)
en zelfbepaling
Slide 3 - Tekstslide
Doel van de les
Aan het einde van de les kan je aan de hand van de 5 ontwikkelingsgebieden de baby/peuterfase omschrijven en je weet wat hechting inhoudt.
Slide 4 - Tekstslide
Babyfoto's
Slide 5 - Tekstslide
Opdracht
Maak een presentatie over de ontwikkelingsaspecten waar het ongeboren kind, baby of peuter doorheen gaat.
- Ontwikkeling van de geboorte
- Lichamelijke ontwikkeling
- Cognitieve ontwikkeling
- Sociale ontwikkeling
- Emotionele ontwikkeling
Slide 6 - Tekstslide
Hoe gaan we dat doen?
Jullie gaan in drie groepen werken aan de ontwikkelingsfasen.
GROEP 1: Het ongeboren kind
GROEP 2: De baby
GROEP 3: De peuter
25 minuten voorbereiding, MAX 10 minuten per presentatie
Slide 7 - Tekstslide
lichamelijke ontwikkeling
BABY
- Zuigreflex kan een baby al en hoeft het niet te leren, is nodig om te overleven.
- Grijpreflex kan jeoproepen door je vinger tegen de handpalm of voetzool van de baby te houden
Peuter
- Grove motoriek: Kruipen, lopen, zitten, klimmen etc. De fijne motoriek wordt later ontwikkeld.
Slide 8 - Tekstslide
Wat valt niet onder de grove motoriek? 1 antwoord juist
A
Traplopen
B
Schommelen
C
Schrijven
D
Springen
Slide 9 - Quizvraag
cognitieve ontwikkeling
Concreet denken: Stoel en lepel is duidelijk begrip
Magisch denken: fantasie bijvoorbeeld moedervlek en vadervlek
Animistisch denken: Leven zien in iets wat niet leeft.
Slide 10 - Tekstslide
Taalontwikkeling
Enkele weken = onbewuste geluiden
3 maanden = bewust geluiden en gaat brabbelen
8 maanden = geluiden nadoen, zoals fluisteren
éénwoordzinnen: Pop, stout, brood
twee- en driewoordzinnen: poes eten, pop stout
Slide 11 - Tekstslide
Peter is een peuter en hoort zijn ouders veel praten hierdoor gaat hij meer woorden uitspreken, Peter leert ongeveer 3 woorden per dag. Op welk ontwikkelingsgebied ontwikkelt Peter zich snel?
A
Seksuele ontwikkeling
B
Lichamelijke ontwikkeling
C
Sociale ontwikkeling
D
Cognitieve ontwikkeling
Slide 12 - Quizvraag
Wat hoort niet in de babyfase?
A
Grijpreflex
B
oog-hand coördinatie
C
Animistisch denken
D
Orale fase
Slide 13 - Quizvraag
Hoe denk je dat een kind zich veilig kan hechten?
Slide 14 - Open vraag
2e feedback ronde
Terugkomen op vorige week, zijn er nu meer verbeterpunten?