Afweer en afweerreacties week 7 les 1

Afweer en afweerreacties week 7 les 1
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerpleegkundeMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Afweer en afweerreacties week 7 les 1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  1. Je kunt beschrijven via welke twee soorten afweerreacties het lichaam reageert op het binnendringen van lichaamsvreemde stoffen en ziekteverwekkers.
  2. Je kunt uitleggen welke soorten B- en T-lymfocyten er zijn en welke rol zij spelen in de afweer.
  3. Je kunt benoemen welke klassen immunoglobulinen er zijn en wat hun functie is.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

AFWEER
Ziekteverwekkers - Virussen, bacteriën, schimmels, parasieten en giftige stoffen
twee samenwerkende verdedigingssystemen
 aspecifieke (niet-specifieke) afweer en immuniteit

ASPECIFIEKE AFWEER
Verdediging tegen alle typen ziekteverwekkers
Is aangeboren - vanaf geboorte aanwezig
1e afweerlinie - huid en slijmvliezen



2e afweerlinie - Hulptroepen

Granulocyten - witte bloedcellen - aangetrokken door alarmstoffen - Fagocyteren de ziekteverwekkers

Macorfagen - grote eters - ruimen ziekteverwekkers in bindweefsel op - staan al op wacht

Interferonen - eiwitten -alarmstoffen - trekken 
 fagocyterende witte bloedcellen aan.

Killercellen - lymfocyten- doden aangetaste lichaamscellen + opruimen abnormale lichaamscellen



Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3e afweerlinie verworven afweersysteem
Specifieke afweer - immuniteit

Antigenen - stoffen gevormd door ziekteverwekkers of eiwitten buitenkant lichaamsvreemde cellen

Antigenen lokken afweerreactie uit - mobiliseren lymfocyten

2 soorten Lymfocyten 
B- Lymfocyten 
T-Lymfocyten 


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

B- Lymfocyten 
ontdekken nieuw antigeen/ziekteverwekker/lichaamsvreemd

Vermeerderen intensief
Maken specifieke antistoffen aan (immunoglobinen) tegen antigeen
Vervolgens onschadelijk maken van ziekteverwekkers

B-lymfocyten maken maar 1 soort antistof aan.
Is het werk klaar - dan geheugen B-lymfocyten
Bij zelfde besmetting worden geheugen
B-lymfocyten ingeschakeld
Humorale immuniteit -  antistoffen in bloed en cellen

Antistoffen blokkeren werking bacteriën en virussen 
Ziekteverwekker kan geen schade aanrichten en/of zich vermeerderen
Macrofagon ruimen ziekteverwekkers op
Antistoffen verdwijnen na verloop van tijd
Sommigen blijven altijd - waterpokken





T-lymfocyten
 Vallen zelf de  besmette lichaamscellen aan / ook tumorcellen
Vermeerderen ook intensief - killercellen

1. T-lymfocyten ruimen ziekteverwekkers op
2. T-geheugencellen  worden aangemaakt

3.  T-helpercellen,  T4-cellen genoemd. 
stimuleren en ondersteunen de werking van Blymfocyten en de werking van de T-lymfocyten.
ACTIVEREN OOK B-LYMFOCYTEN



immuniteit door T-lymfocyten cellulaire immuniteit.

NICE TO KNOW
HIV BESCHADIGD DE T-CELLEN

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

.......................kunnen antistoffen te maken.
A
B- lymfocyten
B
T-lymfocyten

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

......................zorgen voor humorale immuniteit.
A
B-lymfocyten
B
T-lymfocyten

Slide 7 - Quizvraag

In bloed en lymfe
.....................................zijn in staat geïnfecteerde lichaamscellen te vernietigen
A
B-lymfocyten
B
T-lymfocyten

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

..................................zorgen voor de cellulaire immuniteit.
A
B-lymfocyten
B
T-Lymfocyten

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat betekent 'afweer'?
A
dat je witte bloedcellen ziekteverwekkers uitschakelen
B
dat je rode bloedcellen ziekteverwekkers uitschakelen
C
dat je witte bloedcellen ziekteverwekkers laat verspreiden
D
dat ziekteverwekkers zich verplaatsen via organen

Slide 10 - Quizvraag

Het menselijk lichaam kan op verschillende manieren reageren op het binnendringen van een lichaamsvreemde stof of ziekteverwekker. Het kan reageren met een directe of met een indirecte afweerreactie.
Daarom krijgt de ene persoon een infectie bij contact met een micro-organisme en de ander niet.
Wat zijn ziekteverwekkers?
A
Schimmels
B
Virussen
C
Parasieten
D
Bacteriën

Slide 11 - Quizvraag

Een antigeen is een lichaamsvreemde stof of ziekteverwekker die in ons lichaam binnenkomt. Voorbeelden van antigenen zijn voorwerpen van metaal, chemische stoffen, delen van planten en vreemde eiwitten in de voeding en micro-organismen zoals bacteriën en virussen.
Wat is aspecifieke/indirecte afweer?
A
Houdt 1 ziekteverwekker tegen
B
Macrofagen zijn hierbij betrokken
C
Kan meerdere ziekteverwekkers aanvallen
D
antistofcellen zijn hierbij betrokken.

Slide 12 - Quizvraag

Naast de directe afweerreactie in de vorm van een ontsteking heeft het lichaam ook de mogelijkheid om een indirecte afweerreactie in gang te zetten. Deze vorm van afweer maakt het lichaam immuun voor die specifieke ziekteverwekker. Bij deze indirecte afweerreactie zijn andere witte bloedcellen betrokken, de lymfocyten uit het immunologisch systeem. Komen de lymfocyten in contact met ziekteverwekkers of vreemde eiwitten, dan reageren zij daarop door specifieke afweercellen te maken, antistoffen geheten. Zij hebben daarvoor wel even tijd nodig. Pas een aantal dagen na het begin van de infectie zijn er zoveel antistoffen in het bloed aanwezig dat je ze met onderzoek kunt aantonen. Is de infectie eenmaal bestreden, dan is het lichaam langdurig beschermd tegen die ene ziekteverwekker.
- Macrofagen zitten in al onze weefsels en staan als het ware op wacht. Macrofagen kan je omschrijven als ‘grote eters’, omdat ze heel effectief bacteriën, schimmels en virussen opeten en afbreken. Dit gebeurt door een proces dat fagocytose wordt genoemd. Macrofagen behoren dan ook tot de fagocyterende afweercellen. Macrofagen kunnen ook informatie doorgeven aan andere afweercellen. Dit kunnen ze doen door signaalstoffen af te geven, als een soort vuurtorens, die andere afweercellen de juiste weg wijzen. Daarnaast kunnen ze stukjes van de gefagocyteerde ziekteverwekkers op hun oppervlakte aanbieden, die vervolgens herkend worden door bepaalde cellen van het aangeleerde afweersysteem, de T cellen.
wat is specifieke/directe afweer
A
koorts
B
Geheugen; ziekteverwekker wordt herkend en opgeruimd
C
fagocyteren

Slide 13 - Quizvraag

De directe afweerreactie treedt vrijwel direct op en kenmerkt zich door een ontstekingsreactie met pijn, warmte, roodheid en zwelling. Deze plaatselijke ontstekingsreactie is een uiting van de snelle en algemene reactie. Hierbij spelen bepaalde witte bloedcellen, de granulocyten, een belangrijke rol. De granulocyten proberen vreemde indringers, zoals bacteriën, door middel van fagocytose te vernietigen om zo de schade te beperken. Het weefsel reageert op die plaats met een ontsteking.

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Immunoglobulinen (anti-stoffen)

  • De plasmacellen (uit de B-lymfocyten) kunnen verschillende soorten eiwitten maken, immunoglobulinen/antistoffen geheten, met elk verschillende eigenschappen. De gevormde immunoglobulinen zijn onder te verdelen in verschillende klassen, namelijk IgA, IgG, IgM, IgD en IgE.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • IgA: Deze klasse van antistoffen komt vooral voor in de slijmvliezen, zoals die van de neus, ademhalingswegen, spijsverteringskanaal en urogenitaal stelsel. IgA beschermt deze oppervlakken door te voorkomen dat ziekteverwekkers binnendringen.










Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

IgG: Dit is de meest voorkomende klasse in het bloed en andere lichaamsvloeistoffen. IgG-antistoffen kunnen de placenta passeren en bieden daardoor bescherming aan de ongeboren baby. Ze spelen een cruciale rol bij het neutraliseren van ziekteverwekkers en het activeren van andere immuuncellen.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

IgM is meestal de eerste klasse van antistoffen die wordt geproduceerd bij een infectie. Ze zijn zeer effectief in het activeren van het complement systeem, een deel van het immuunsysteem dat ziekteverwekkers kan doden en opruimen.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

IgD komt voor op het oppervlak van de B-lymfocyten en is slechts in zeer geringe hoeveelheden aanwezig.

speelt een rol bij het initiëren van de immuunrespons.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 IgE is betrokken bij de reactie van het lichaam op parasitaire infecties en allergenen. Het is de klasse van antistoffen die allergische reacties kan veroorzaken wanneer het reageert op onschadelijke stoffen alsof het gevaarlijke indringers zijn.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies