Wat moet ik doen op mijn stage?

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1,2

Wat moet je doen op je stage?
(schoolopdrachten)

Stage: wat wordt er van je verwacht?

Wat gaan we vandaag doen?

1. Introductie en uitleg over stageopdrachten, doelen en SMART (15 min).
2. Zelf een doelstellingen SMART maken. (30 minuten)
3. Je SMART doelstelling presenteren. (15 minuten)

Je moet de volgende opdrachten maken:

1. Fotografie (onboarding): fotoserie 
2. AV (workflow en werksfeer): collega filmen/interviewen 
3. Infographic (flowchart/animatie van media-uiting):  flowchart of animatie maken van de workflow 
4. Artikel (evaluatie en reflectie): artikel schrijven 

Je moet de volgende opdrachten maken:

1. Fotografie (onboarding): fotoserie 
2. AV (workflow en werksfeer): collega filmen/interviewen 
3. Infographic (flowchart/animatie van media-uiting):  flowchart of animatie maken van de workflow 
4. Artikel (evaluatie en reflectie): artikel schrijven 

Stel jezelf drie leerdoelen voor je stage

1.  1 x "Hard skill"

Wat is GEEN "hard skill"?

1. functiegerelateerde vaardigheid
2. vaardigheden die nodig zijn om bepaalde taken en processen uit te voeren
3. persoonlijke vaardigheden, eigenschappen, gedragingen en houdingen
4. kennis van gereedschap, vreemde talen, het gebruik van specifieke software en apparatuur

Stel jezelf drie leerdoelen voor je stage

1. 1 x "hard skill"
2. 1 x "soft skill"
3. 1 x "soft skill" of "hard skill" 

Stel jezelf drie leerdoelen voor je stage

1. 1 x "hard skill"
2. 1 x "soft skill"
3. 1 x "soft skill" of "hard skill" 

SMART

SMART is een afkorting en staat voor

1. specialistisch, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdsgebonden
2. specifiek, meetbaar, actueel, realistisch en tijdsgebonden
3. specifiek, meetbaar, acceptabel, relevant en tijdsgebonden
4. specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdsgebonden

SMART

• Specifiek: "Wie, wat, waar, hoe, waarom?"
• Meetbaar: "Wanneer heb je je doel behaald?"
• Acceptabel: "Is het  wel haalbaar? 
• Realistisch: "Waarom is het nodig?"
• Tijdsgebonden: "Voor welke deadline?"

Ik wil trainen voor de marathon van Rotterdam.

• Specifiek: drie keer in de week, vereniging, trainer Mo, trainingsschema, gezonder en sportiever leven.
• Meetbaar: april 2025, onder de 4 uur.
• Acceptabel: genoeg tijd voor training, kan voedingspatroon aan passen.
• Realistisch: al meerdere mensen succesvol met Mo en schema 
• Tijdgebonden: Vanaf ‘volgende week’ tot de marathon

Ik wil trainen voor de marathon van Rotterdam.

• Specifiek: drie keer in de week, vereniging, trainer Mo, trainingsschema, gezonder en sportiever leven.
• Meetbaar: april 2025, onder de 4 uur.
• Acceptabel: genoeg tijd voor training, kan voedingspatroon aan passen.
• Realistisch: al meerdere mensen succesvol met Mo en schema 
• Tijdgebonden: Vanaf ‘volgende week’ tot de marathon

Met behulp van MO

Wat ga je nu doen?

• Je bedenkt vast één doel.
• Is dat een soft of een hard skill?
• Je maakt dit doel "SMART"
• Je levert dit in in de opdracht in Teams.

Wat ga je nu doen?

• Je bedenkt vast één doel.
• Is dat een soft of een hard skill?
• Je maakt dit doel "SMART"
• Je levert dit in bij de opdracht in Teams.

Stem af met je werkplekbegeleider.

Presenteren

• Een aantal mensen gaan hun doelstelling presenteren? (vrijwilligers/aangewezen vrijwilligers)
• De rest van de klas luistert kritisch of de doelstellingen inderdaad wel SMART zijn.