Les 9+10 + 11 M4B Eco2 - 12092022 & 13092022

Welkom bij Economie in Mavo 4
Les 9 + 10
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Economie in Mavo 4
Les 9 + 10

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?

  • Start + welkom





  • Presentaties/ pitch Marketingmix 1x



  • Huiswerk controle + bespreken 1.3 C: Waarde van geld

  • Huiswerk 1.3 B en 1.3 C

Slide 2 - Tekstslide

Actualiteit

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen LES 1

  • In deze les worden de begrippen inflatie en koopkracht herhaald. Je kijkt hoe dit samenhangt met de inkomens. Je leert hoe je het consumentenprijsindexcijfer kunt berekenen en wat dit inhoudt.
  • Extra oefenen met indexcijfers (rekenvaardigheid)

Slide 4 - Tekstslide

Huiswerk controle
ZIE MAGISTER!!!
Huiswerk niet gemaakt is niet meedoen met deze les!

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Consumentenprijsindexcijfer
Prijsontwikkeling van goederen en diensten.

Het CBS berekent iedere maand de inflatie, en maakt hierbij gebruik van het boodschappenmandje van de gemiddelde Nederlander. Hierin zitten verschillende artikelgroepen.
Elke artikelgroep telt voor een bepaald percentage mee.

Slide 7 - Tekstslide

consumentenprijsindex
Stappen om het cpi te berekenen:

  1. Vermenigvuldig het indexcijfer van iedere artikelgroep met de bijbehorende wegingsfactor. 
  2. Tel alle uitkomsten van stap 1 bij elkaar op. 
  3. Deel je uitkomst van stap 2 door het totaal van alle wegingen
  4. Je uitkomst is het consumentenprijsindexcijfer.


Slide 8 - Tekstslide

Berekening CPI

Slide 9 - Tekstslide

Bereken het cpi
timer
3:00

Slide 10 - Tekstslide

Kijk even mee op het bord
👀

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag!!!
Maken opdrachten par. 1.6 D:
INDEXCIJFERS

Let op:
Werk stil en zelfstandig aan de opdrachten.
Klaar? --> ook nakijken!

Slide 12 - Tekstslide

Leerdoelen LES 2

In deze les leer je wat vreemde valuta zijn en kun je rekenen met wisselkoersen.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

WISSELKOERSEN
Je kunt:
  • vreemde valuta aankopen
  • vreemde valuta verkopen

Slide 15 - Tekstslide

Er zijn 3 berekeningen bij wisselkoersen
AANKOPEN van vreemde valuta:
  • Ik heb 100 euro, hoeveel dollars kan ik kopen?
  • Ik koop 100 dollar, hoeveel euro kost me dat?

VERKOPEN van vreemde valuta:
  • Ik heb dollars over, hoeveel euro krijg ik daarvoor?

Slide 16 - Tekstslide

verkoop- en aankoopkoers
Je koopt vreemde valuta. Dus je betaalt euro's. Hoeveel krijg je voor je euro's? Of hoeveel euro moet je betalen voor je vreemde valuta?
Je verkoopt vreemde valuta, je brengt ze terug naar de bank. Hoeveel euro krijg je terug?
Voor elke euro ontvang je 7,43 Kronen.
Voor elke euro moet je 7.45 Kronen inwisselen.

Slide 17 - Tekstslide

Ik koop 100 pond, hoeveel euro kost dat?
AANKOOPKOERS (laagste)

bedrag in vreemde valuta : koers per euro = waarde in euro's
👉 100 : 0,85 = € 117,65

Slide 18 - Tekstslide

Je koopt 150 Deense kronen. Hoeveel euro betaal je daarvoor?

Slide 19 - Open vraag

Ik heb € 100, hoeveel pond kan ik kopen?
AANKOOPKOERS (laagste)

bedrag in euro's x lage wisselkoers = bedrag in vreemd geld dat je ontvangt
👉 100 x 0,85 = 85 GPB

Slide 20 - Tekstslide

De wisselkoers van € 1 is:
bij koop: $ 1,30
bij verkoop: $ 1,28.

Hoeveel dollar krijg je voor € 300?
A
$ 384
B
$ 231
C
$ 390
D
$ 234

Slide 21 - Quizvraag

Provisie

Provisie: Het bedrag dat je aan het wisselkantoor (of de bank) betaalt omdat ze geld omwisselen.


Als je je berekening gemaakt hebt, en je weet hoeveel euro je moet betalen, tel je de provisie er bij op. Als je euro's terugkrijgt bij het teruggeven van buitenlands geld, haal je de provisie van het te ontvangen bedrag af (je krijgt dus minder omdat je voor het wisselen moet betalen).


Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Je wisselt bij de bank 1.500 Japanse yen in. Hoeveel euro krijg je daarvoor?
De provisiekosten zijn € 4.

Slide 25 - Open vraag

Aan de slag!!!
Maken opdrachten par. 1.3 D:
Vreemde valuta

Let op:
Werk stil en zelfstandig aan de opdrachten.
Klaar? --> ook nakijken!

Slide 26 - Tekstslide