dixième cours: le 2 à 6 décembre 2024

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Start-upslide


Ga naar Itslearning- Overzicht- Huiswerk- Tussenmeting Frans vocabulaire en grammatica
Zodra je de toets start, gaat de timer van 15 minuten in. Je wordt meteen nagekeken. Doe dit in stilte.
Ben je klaar? Ga naar de studygoklas en leer je woordjes en grammatica.

Slide 2 - Tekstslide

Klassenregels
We werken rustig samen in de klas.
We respecteren elkaar. We lachen elkaar niet uit en respecteren elkaars mening en antwoorden.
Tijdens het maken van de opdrachten zijn we rustig bezig en gaan we niet kletsen met klasgenoten.
We doen actief mee met de les, we leggen de telefoons dan ook weg.
We overleggen zachtjes binnen de MC als we een vraag hebben.
We steken onze vinger op als we iets willen zeggen en/of vragen.
We geven het aan onze docente aan wanneer ons iets dwars zit.
We laten elkaar uitpraten.
We eten en drinken niet in het klaslokaal.
We letten op in de les.
Tijdens het zelfstandig werken mag je oortjes in of een koptelefoon op

Slide 3 - Tekstslide

-Opdrachten 17c en 19 samen nakijken
-Onderdeel F: Lire
Maken van de opdrachten:
Exercices 23a,23c,24a, 24b,25a, 25d et 27c (blz.80-85)
-Lesdoelencheck
Huiswerk van afgelopen week:
Grammatica: le présent (p.95)
Phrases clés C (p.94)
Grammatica: lidwoorden en werkwoord ‘’avoir’’ 
Vocabulaire A en B Frans- Nederlands en Nederlands-
Lesdoelen:
  1. Je kunt een tijdschriftartikel over winkelen begrijpen
  2. Je kent woorden die te maken hebben met winkelen en kunt deze gebruiken
  3. Je kunt de getallen 0 tot en met 100 gebruiken Huiswerk voor volgende week: 
Nieuwe leerstof:
Vocabulaire F Frans- Nederlands en Nederlands- Frans (p.93)
Herhalen:
Grammatica: lidwoorden en werkwoord ‘’avoir’’ (blz.55)  + le présent (p.95)
Phrases clés C (p.94)
Vocabulaire A en B Frans- Nederlands en Nederlands- Frans (blz.92)

Slide 4 - Tekstslide

17b+c
(p.73)

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Onderwerp van een tekst ontdekken (p.80)
Werk samen met iemand binnen je MC.
Maak opdracht 23 (p.80 en p.81)
timer
10:00

Slide 7 - Tekstslide

Wat is nu het onderwerp van de tekst op bladzijde 81?

Slide 8 - Open vraag

We lezen samen de  tekst op bladzijde 81 door.

Ik noem de naam van de leerling die een stukje mag voorlezen.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Au travail !
Quoi? (wat)
Faire exercices 24a,24b en 25a,17c,19a (p.80 + 82)
Avec qui? (met wie)
Individuellement (alleen/individueel)
Besoin d'aide? (hulp nodig)
-Utilise (gebruik) page 93
- Pose les questions à la prof ou ton MC
Temps? (tijd)


Résultat? (resultaat)
Tu auras pratiqué avec un texte français sur faire du shopping.
Fini? (klaar)
Apprends:
Vocabulaire A,B F (p.93)
Phrases clés C (p.94)
Le présent (p.95)
timer
15:00

Slide 13 - Tekstslide

18

Slide 14 - Video

En nu?
- Neem de  tijd om de getallen van 0 tot en met 60 uit je hoofd te leren.
Dit kan via het liedje (oortjes in/koptelefoon op) 0-100: https://www.youtube.com/watch?v=DnrTrbJ6mYs&t=33s
Of via Studygo (als je in de klas zit)

Slide 15 - Tekstslide

exercice 25e, p.83

Slide 16 - Tekstslide

Les chiffres en classe
- We gaan met elkaar proberen van 0 tot en met 60 in het Frans te tellen. 
-Iedereen krijgt een getal om te onthouden in de klas. 
-Zorg ervoor dat je jouw 2 of 3 cijfers onthoudt en op tijd roept.

Slide 17 - Tekstslide

Exit-ticket
- Vertaal de woorden die in het rad voorkomen. Schrijf het Franse woord op en schrijf met een = teken de vertaling erachter.
Lesdoelen:
Je kent woorden die te maken hebben met winkelen en kunt deze gebruiken
Je kunt de getallen 0 tot en met 100 gebruiken

Slide 18 - Tekstslide

00:48
Zet de getallen van klein naar groot
quatorze
deux
dix-neuf
onze
cinq
neuf

Slide 19 - Sleepvraag

00:57
Wat betekent ''negen'' in het Frans?

Slide 20 - Open vraag

00:57
Ken jij de getallen nog in het Frans? Sleep de Franse getallen naar de juiste cijfers!
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
neuf
dix
deux
six
cinq
un
huit
quatre
sept
trois

Slide 21 - Sleepvraag

00:58
Ken jij de getallen al in het Frans? Sleep de Franse getallen naar de juiste cijfers!
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
dix-neuf
vingt
douze
seize
quinze
onze
dix-huit
quatorze
dix-sept
treize

Slide 22 - Sleepvraag

02:08
Wat betekent ''vingt-huit'' in het Nederlands (schrijf het in getallen)

Slide 23 - Open vraag

02:09
Wat betekent ''vingt et un'' in het Nederlands (schrijf het in getallen)

Slide 24 - Open vraag

02:30
sept
dix
quatre
quarante
un
neuf
cinq
huit
deux
trente
quinze
onze
quatorze
dix-sept
dix-huit
dix-neuf
douze
seize
vingt
vingt-deux
trente-cinq
vingt et un
treize
1
2
30
5
4
40
7
8
9
10
11
17
16
18
20
12
22
13
14
15
19
35
21
Les nombres

Slide 25 - Sleepvraag

03:41
Hoe goed ken ik de getallen 0-50 in het Frans?
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll

04:23
Wat is 70 in het Frans?

Slide 27 - Open vraag

05:02
70
50
10
30
20
40
60
soixante
dix
trente
soixante-dix
quarante
vingt
cinquante

Slide 28 - Sleepvraag

05:33
Wat is 80 in het Frans?

Slide 29 - Open vraag

05:34
Sleep de vertalingen naar de juiste getallen.
60
75
74
63
69
68
71
73
77
70
78
soixante-dix-sept
soixante-neuf
soixante-treize
soixante
soixante-quatorze
soixante-dix-huit
soixante-trois
soixante-huit
soixante-dix
soixante-quinze
soixante et onze

Slide 30 - Sleepvraag

05:54
Wat is 90 in het Frans?

Slide 31 - Open vraag

06:16
Wat is 92 in het Frans?

Slide 32 - Open vraag

06:30
Wat is 100 in het Frans?

Slide 33 - Open vraag

06:34
Zet de getallen van laag naar hoog.
1
2
3
4
5
6
7
treize
quatorze
quinze
trente
quarante
cinquante
soixante

Slide 34 - Sleepvraag

06:34
Zet de getallen van klein naar groot
quatre-vingt-deux
quatorze
quatre-vingt-dix-sept
soixante-huit
trente-trois
cinquante-cinq

Slide 35 - Sleepvraag

00:57
Wat betekent ''13'' in het Frans?

Slide 36 - Open vraag