H1.1 Een nieuw vak

1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat zijn natuurverschijnselen?

Slide 3 - Woordweb

Nask gaat vaak over de levende natuur.
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide

Geef drie andere voorbeelden van natuurverschijnselen.

Slide 6 - Woordweb

Slide 7 - Tekstslide

Je doet het licht aan als het donker wordt.
Licht hoort bij nask.
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Leg uit waarom water geen materiaal is.

Slide 11 - Woordweb

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Een stof verandert van toestand.
Dat hoort bij ....
A
biologie
B
natuurkunde
C
scheikunde.

Slide 18 - Quizvraag

Als een stof verandert in andere stoffen, dan hoort dat bij ....
A
biologie
B
natuurkunde
C
scheikunde.

Slide 19 - Quizvraag

Bij welk vak hoort het verschijnsel:

Geluid
A
biologie
B
nask

Slide 20 - Quizvraag

Bij welk vak hoort het verschijnsel:

Een bloeiende bloem.
A
biologie
B
nask

Slide 21 - Quizvraag

Bij welk vak hoort het verschijnsel:

Hoe hout groeit.
A
biologie
B
nask

Slide 22 - Quizvraag

Bij welk vak hoort het verschijnsel:

Dat hout blijft drijven in water.
A
biologie
B
nask

Slide 23 - Quizvraag

Gaat het verschijnsel over de levende of de niet-levende natuur?
Muziek komt uit een luidspreker.
A
levende natuur.
B
niet-levende natuur.

Slide 24 - Quizvraag

In de verte fluit een vogel.
A
levende natuur.
B
niet-levende natuur.

Slide 25 - Quizvraag

De zon schijnt iedere dag.
A
levende natuur.
B
niet-levende natuur.

Slide 26 - Quizvraag

Tijdens een regenbui ontstaat een regenboog.
A
levende natuur.
B
niet-levende natuur.

Slide 27 - Quizvraag

Je verbrandt aardgas. Het gas verandert dan in andere stoffen.
A
waar
B
niet waar

Slide 28 - Quizvraag

Het verbranden van gas hoort bij het vak:
A
biologie
B
natuurkunde
C
scheikunde

Slide 29 - Quizvraag

Een smid smeedt een hoefijzer van ijzer.
Natuurkunde of scheikunde?
Leg uit.

Slide 30 - Woordweb

Een ei wordt hard in kokend water.
Natuurkunde of scheikunde?
Leg uit.

Slide 31 - Woordweb

Een lamp brandt als er elektriciteit doorheen gaat.
Natuurkunde of scheikunde?
Leg uit.

Slide 32 - Woordweb

Oxideren hoort bij natuurkunde / scheikunde, want het koper van het dak is wel / niet veranderd in een andere stof.
A
natuurkunde, wel
B
natuurkunde, niet
C
scheikunde, wel
D
scheikunde, niet

Slide 33 - Quizvraag