Hfst 3.3

Ondernemen
Je kan onderscheid maken tussen de ondernemingsvormen zzp, eenmanszaak en vof
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Ondernemen
Je kan onderscheid maken tussen de ondernemingsvormen zzp, eenmanszaak en vof

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Wat is een ondernemer?

Slide 3 - Woordweb

ZZP'er
Zelfstandige zonder personeel

Bijvoorbeeld:
Een schilder
Een docent die zich laat inhuren

Het tarief dat ze vragen, is vaak grotendeels hun inkomen

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Wat zijn voordelen van werken als ZZP'er

Slide 6 - Woordweb

Belasting: Aftrekposten
Stel dat een zzp'er een bruto inkomen heeft van €50.000 per jaar.
Aftrekposten: 
Startersaftrek: €5000
Zelfstandigenaftrek: €3000
Belasting% is 20%.
Hij betaalt dan 20% over (50.000 - 8000). 

Slide 7 - Tekstslide

Ondernemingsvormen
Eenmanszaak: één eigenaar, met mogelijk personeel. Een kapper kan dat bijvoorbeeld zijn. 
Vof: Vennootschap onder firma: een bedrijf staat op naam van meerdere eigenaren. Werk kan worden verdeeld.

Bovenstaande vormen zijn de eigenaren hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden

Slide 8 - Tekstslide

Hoofdelijk aansprakelijk
Maakt het bedrijf schulden: dan kunnen de schuldeisers ook op het privévermogen van de personen een beroep doen.

Ondernemingsvormen zijn dus risicovol. 

Slide 9 - Tekstslide

Aan het werk
Paragraaf 3: vraag 5 t/m 12

Slide 10 - Tekstslide